Ja, Tansel Kiliç wilde het interview wel doen. Maar op één voorwaarde: dat hij het samen met zijn broer Yasin mocht doen. ‘We hebben dit bedrijf samen groot gemaakt. We steken er evenveel tijd en energie in.’
Hun rollen verschillen wel. Tansel is verantwoordelijk voor commercie en marketing, Yasin doet de financiën en strategie.
Niyata Energy is een Utrechts familiebedrijf dat zich richt op het leveren van duurzame energieoplossingen, voornamelijk aan bedrijven en overheden. Het is vijftien jaar geleden begonnen met de verkoop van zonnepanelen, maar biedt inmiddels ook zaken als laadpunten, batterijen, infraroodverwarming, warmtepompen en omvormers.
Inclusive30 Class of 2024
Benieuwd wie, naast Tansel Kiliç, nog meer deel uitmaken van de Class of 2024? Bekijk de volledige lijst hier (en lees hier meer over het waarom).
Zo’n 40 procent van de medewerkers van het familiebedrijf zijn mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Denk aan statushouders, vroegtijdige schoolverlaters en mensen die langdurig in de ww zaten. De afgelopen zes jaar werden zeker al 250 mensen opgeleid via de Niyata Academy, in samenwerking met verschillende gemeentes en instanties voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt.
We spreken Tansel en Yasin Kiliç over Niyata Energy, dat ooit is opgericht door hun vader, Dursun Kiliç.
Hoe is Niyata Energy ontstaan?
Yasin: ‘We hebben zelf geen technische achtergrond. De kennis komt in de basis van senior, dat is hoe we onze pa op kantoor noemen. Hij voorspelde ruim vijftien jaar geleden dat duurzame energie groot ging worden. Hij reed als eerste elektrisch, terwijl niemand nog wist wat het was. En op school waren wij de eerste met een mp3-speler. Hij was altijd bezig met technologie en innovatie.’
Tansel: ‘Hij begon met zijn carrière in vastgoedontwikkeling en projectmanagement. Zijn hobbykantoor had hij omgebouwd tot thuiskantoor. Hij vertelde ons over van alles wat hij deed. Voor ons werd toen duidelijk: wow, onze vader is best wel serieus bezig. Op een avond aan de eettafel zei hij tegen ons dat hij ons in zijn bedrijf wilde hebben. Toen zijn we ingestapt. We hadden zoveel vertrouwen in zijn visie.’
Hoe zijn jullie vervolgens begonnen?
Yasin: ‘We begonnen met het verkopen van zonnepanelen bij mensen in de buurt. We liepen samen door de Vinex-wijken van Leidse Rijn met zelfgemaakte naambordjes op onze shirts. We zijn gewoon gaan aanbellen bij woningen.’
Tansel: ‘We startten volledig koud. Maar we zijn makkelijke praters. Op een gegeven moment hadden we klanten die daadwerkelijk geïnteresseerd waren. Alleen wisten we zelf niet hoe we zonnepanelen moesten installeren. Toen hebben we contact gezocht met een aannemer uit de buurt. Die wilde voor ons de installatie doen. Maar dat was voor ons niet genoeg. We wilden met hem meelopen om te begrijpen hoe je panelen installeert. We zijn twee maanden als een schaduw achter hem aangelopen. Nu kunnen we ook zelf installeren. Inmiddels doen we dat niet meer. Maar eens paar jaar lopen we met onze installateurs mee. Onze vader zei altijd: als je dit wil begrijpen, moet je weten hoe het werkt.’
Welke rol speelt jullie vader voor jullie?
Yasin: ‘We zien hem echt als ons rolmodel. Hij is de zoon van een van de eerste gastarbeiders in Nederland, en één van de weinigen van zijn generatie die gestudeerd had. Van hem hebben we geleerd dat alles mogelijk is. Maar waar we het meest tegen opkijken is zijn oog voor mensen. Toen we klein waren hadden wij voortdurend buren over de vloer. Dat waren mensen die hulp nodig hadden, maar geen Nederlands spraken. Onze vader kon dat wel. Die hielp hen dan als ze contact moesten hebben met instanties als de gemeente en de Belastingdienst.’
Wat nemen jullie van je vader mee in hoe jullie Niyata runnen?
Tansel: ‘Dat oog voor mensen zit ook in de kern van ons bedrijf. Door hem zijn we de Niyata Academy begonnen. We werkten met verschillende zzp’ers, maar konden daardoor de kwaliteit moeilijk waarborgen. Toen we vertelden dat we de kwaliteit wilde opschroeven, zijn veel zzp’ers weggegaan. Toen zaten we met het probleem: wie gaat al onze projecten uitvoeren? Maar vanuit ons geloof weten we: waar een deur dichtgaat, gaat een andere open.’
Yasin: ‘We kwamen in contact met de gemeente. Die kende een groep statushouders met technische basiskennis. Ze vroegen aan ons of wij ze wilden opleiden. Dat wilden we heel graag doen, want we hadden deze mensen nodig. We hebben toen zelf een opleidingsprogramma ontwikkeld: een traject van vijf weken, met aan het einde een veiligheidsexamen. Aan het einde van de rit waren zeven van de eerste vijftien mensen geslaagd. Wij dachten shit: dit is mislukt. We koppelden de resultaten terug aan de gemeente. Die was hartstikke enthousiast. Het resultaat was veel beter dan ze ooit gehoopt hadden. Na dat eerste succes klopten andere gemeenten bij ons aan. Het werd een olievlek die steeds groter werd. Inmiddels hebben we zo’n driehonderdvijftig mensen opgeleid, die overal vandaan komen. Vluchtelingen, verslavingsklinieken, penitentiaire inrichting, het UWV, uitgeprocedeerde asielzoekers. De meeste waaieren uit naar andere installateurs en een paar hebben we zelf in dienst.’
Waarom lukt het jullie zo goed om mensen die in een uitzichtloze situatie zitten aan werk te helpen?
Tansel: ‘Mensen vragen dat ons vaker: ‘wat is jullie geheim?’ Als ik heel eerlijk ben, weet ik het antwoord op die vraag ook niet echt. Ik denk dat onze kracht zit in eerlijkheid, betrokkenheid en de waarde van mensen zien. Vaak gaat het over hoe loyaal werknemers aan hun organisatie zijn. Wij draaien hem liever om: hoe loyaal zijn wij aan onze collega’s? Ook zorgen we dat we stress en randzaken wegnemen die kunnen afleiden van werk. Heb je schulden, dan betalen wij die af. Heb je behoefte aan kinderopvang, dan kunnen wij dat regelen. Moet je iets regelen met de Belastingdienst, dan helpen we je aan coaches. Eigenlijk doen we precies hetzelfde als onze vader dertig jaar geleden deed toen mensen bij ons over de vloer kwamen met vragen. We zijn uitgegroeid tot een sociaal bedrijf.’
Hoe vullen jullie elkaar als broers aan? Hebben jullie ook weleens discussies?
Yasin, lachend: ‘Jazeker. We zijn ook gewoon broers, dus we kunnen elkaar hard toespreken en twee minuten later zijn we gewoon weer relaxed. En we zijn elk goed in andere dingen. Geef mij een map met cijfers en ik maak allerlei berekeningen, maar ga mij niet wat vragen hoe we de branding van bepaalde producten gaan doen.’
Tansel: ‘Ik heb vaak ideeën voor marketing of toepassingen met AI waar ik Yasin van moet overtuigen. Voor ons grote digitaliseringsproject moest dat ook. Maar dat gaat wel allemaal op basis van argumenten. Als een van de twee blijft zeggen dat we iets niet moeten gaan doen, dan doen we dat ook niet.’
Hebben jullie ook weleens ergens spijt van gehad?
Yasin: ‘Wij zijn in best korte tijd enorm gegroeid. Al die nieuwe projecten zijn fantastisch, maar de processen moeten daar wel klaar voor zijn. Dat dreigde mis te gaan. Toen hebben we bewust een rem op de groei gezet, zodat we kennis en tijd vrij konden maken om de werkwijze goed in te richten.’
Tansel: ‘Tuurlijk is de impuls om door te groeien. Maar we hebben echt moeten leren om te remmen. Een ander moment dat me te binnen schiet, is de periode waarin we moesten kiezen voor een nieuw digitaal systeem. We dachten toen slim voor de goedkoopste te kiezen, maar dat bleek uiteindelijk alleen maar hoofdpijn op te leveren. Uiteindelijk hebben we gekozen voor het duurste systeem, dat zichzelf al wel bewezen had. Dat heeft ons geleerd niet zomaar uit te gaan van de optie die het meeste geld bespaart.’
Met wie zouden jullie een keer om tafel willen zitten?
Tansel: ‘We zouden graag een keer met Ben Tiggelaar (schrijver, managementgoeroe en NRC-columnist, red.) willen sparren. Hij heeft een duidelijk beeld van hoe organisaties met personeel moeten omgaan en benadrukt vaak de kracht van familiebedrijven. Toen we hem hoorden praten, herkenden we veel in hoe wij Niyata runnen. Ik zou graag een keer met hem praten over hoe we het nog beter kunnen doen.’
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op Change Inc. en is bewerkt voor MT/Sprout.