Natuurlijk is er genoeg aan te merken op de iQ, met zijn rare radiobediening, overhangende dakrand die het zicht op de stoplichten ontneemt, moeizaam sluitende portieren, miniplekje achterin en geluidsoverlast door de beperkte isolatie.
Maar uiteindelijk is de iQ precies wat je verwacht en meer. Het is niet alleen een opvallende auto, maar ook erg goed doordacht. De iQ brengt comfort en compactheid samen in een praktisch geheel. Dat gaat volgens het concept dat Toyota een ‘3+1′ noemt. Wie de bijrijderstoel naar voren schuift kan een klein mens achterin kwijt. Niet comfortabel, wel mogelijk. De auto is vooral een tweezitter. Grootste concurrent: de Smart – een Spartaans autootje waarin je dicht op elkaar zit met een minimum aan comfort. De iQ is breed genoeg voor normale voorstoelen en biedt voldoende ruimte voor een middenconsole.
Door zijn wielbasis van anderhalve meter in de breedte en twee in de lengte rijdt het wat vreemd op hoge snelheden. Je zit als het ware op de achterwielen. Het scheelt een dode hoek, maar het voelt ook wat instabiel, terwijl de wegligging opvallend goed is. Op het terrein waar de auto uiteindelijk voor gemaakt is, de stad, trekt het vervaarlijk grommende 1-liter motortje snel genoeg op om vlotjes mee te komen in het verkeer. Op de snelweg laat je inhaalacties beter achterwege.
Om het brandstofverbruik van deze A-klasser nog verder terug te schroeven geeft de iQ het ideale schakelmoment aan, maar niet altijd logisch. Op de kleinste bult kwam het teken terugschakelen, terwijl er voldoende snelheid was om die verhoging te klaren. Ten slotte de veiligheid, altijd een belangrijke issue bij auto’s van dit formaat. De iQ is voorzien van vijf EuroNCAP sterren, wat zoveel betekent als ultraveilig. Zijn die negen (!) airbags toch nog ergens goed voor.
Gereden: 1.0VVT-i Aspiration
CO2 uitstoot: 99 gram per kilometer
Gemiddeld verbruik: 1 op 23.
Bijtelling: 14 procent
Prijs: vanaf 14.299 euro