Destijds deed het Openbaar Ministerie onderzoek naar omkoping door het beursgenoteerde bedrijf. Voor het onderzoek hiernaar tapten de betrokken opsporingsdiensten de telefoons van de topman en de telefoon van zijn vrouw af. Ook plaatsten ze afluisterapparatuur in het kantoor en de auto van Bruijninckx.
Volgens de wet mag je iemand afluisteren die niet zelf verdachte is, maar mogelijk wel contact met een verdachte heeft of iets over het misdrijf weet.