DNB peilt jaarlijks in april hoe het is gesteld met het vertrouwen van klanten in de eigen bank, levensverzekeraar of pensioenfonds. Volgens de bank is vertrouwen van het publiek een belangrijke voorwaarde voor een stabiel financieel stelsel.
Consumenten werden onder meer gevraagd of ze verwachten dat banken, levensverzekeraars en pensioenfondsen aan hun financiële verplichtingen kunnen voldoen. Het aantal ondervraagden dat aangeeft een volledig of overwegend vertrouwen in de eigen bank te hebben steeg van 71 procent naar 73 procent. Het vertrouwen in de levensverzekeraars steeg met 4 procentpunt tot 76 procent. Het geloof in de pensioenfondsen nam met 2 procentpunt toe, maar lag met een percentage van 57 procent beduidend lager dan bij de andere financiële instellingen.
Vertrouwen in eigen bank
De ondervraagden hebben structureel meer vertrouwen in hun eigen bank, verzekeraar of pensioenfonds dan in de banken, verzekeraars en pensioenfondsen in het algemeen. Bij banken en verzekeraars ligt deze uitkomst in de lijn der verwachting omdat consumenten hier keuzevrijheid hebben. Dat geldt niet voor deelnemers aan een pensioenfonds.
Het oordeel over de deskundigheid van bestuurders van financiële instellingen is fors gestegen in vergelijking met een jaar eerder. Over integriteit bij bestuurders oordelen consumenten nog altijd overwegend negatief.