Communicatiebureau Spranq wilde één project per jaar doen zonder opdrachtgever en zonder winstoogmerk. Dat werd Ecofont, een letter waarmee 28 procent inkt kan worden bespaard omdat er kleine gaatjes in zijn gemaakt die je op de print niet ziet. Het project werd alleen wat groter dan verwacht.
Mede-oprichter Alexander Kraaij: “We dachten dat we er wel wat aandacht mee zouden krijgen in een Utrechtse krant, maar het werd Oprah, National Geographic en The New York Times.” Intussen besteedt Kraaij de helft van zijn tijd aan Ecofont, wat een apart bedrijf is geworden van hem en Ecofont-compagnon Rick van den Bos.
Uitgangspunt van het project was om te besparen zonder het verschil te merken. Dat resulteerde in de vraag: ‘Hoeveel van een letter kun je weglaten zonder de letter aan te passen?’ Intussen hebben Kraaij en Van den Bos niet alleen de basis Ecofont die gratis kan worden gedownloaded op Ecofont.com, maar ze hebben ook de vijf meest gebruikte lettertypes aangepast, waarmee tachtig procent van de markt is afgedekt. Alexander Kraaij: “We kregen al snel de vraag dat mensen met hun eigen lettertype wilden werken en dat ze de gaatjes in de letter op het scherm niet wilden zien. Daarom hebben we softwarepakketten ontwikkeld.” Daarvan zijn er inmiddels vijftigduizend verkocht en sinds begin dit jaar wordt een van de Braziliaanse dagbladen in Ecofont gedrukt.
Het doel van Alexander Kraaij en Rick van den Bos: dat de positieve impact van Ecofont zo groot mogelijk wordt. Kraaij: “Het mooie is dat als je een product maakt dat én goed is voor het milieu én geld bespaart, je de klant makkelijk overtuigt.”
