Alles wat een oogchirurg nodig heeft vindt hij bij het Dutch Ophthalmic Research Center, kortweg D.O.R.C. Het in 1983 opgerichte bedrijf is een wereldspeler in ontwikkeling en productie van instrumenten voor oogchirurgen. Het voornaamste product is EVA, een manshoge, 180 kilo zware verrijdbare module die de chirurg op alle fronten ondersteunt tijdens operaties aan het netvlies. Via EVA kan de chirurg onder meer het oog op druk houden, operatie-instrumenten aansturen, en het donkere binnenste van het oog belichten tijdens de operatie. D.O.R.C.-ceo Ilze Timmers: ‘Op die manier stellen we de chirurg in staat om operaties aan het netvlies – uiteindelijk toch een enorm kwetsbaar onderdeel van het oog – goed te volbrengen. Met als uiteindelijk doel uiteraard de patiënt weer goed te kunnen laten zien. Je gezichtsvermogen is enorm belangrijk om goed te kunnen functioneren; een geslaagde oogoperatie kan bij oudere mensen met netvliesveroudering nét het verschil maken tussen wel of niet langer zelfstandig thuis wonen, om maar wat te noemen.’
Kwetsbaar netvlies
De wereldwijde markt voor medische apparatuur voor oogchirurgie groeit flink, mede dankzij de vergrijzing. D.O.R.C. (omzet dit jaar: 115 miljoen euro) groeit momenteel zo’n 15 procent per jaar en is wereldwijd een toonaangevende speler. Timmer: ‘Onze twee voornaamste concurrenten zijn onderdeel van grote, farmaceutische multinationals. Dat geeft ons denk ik het voordeel dat we van nature wat dichter bij onze klanten staan. Ook letterlijk: we werken nauw samen met oogchirurgen bij de ontwikkeling van nieuwe producten. Onze medewerkers zijn regelmatig te vinden in operatiekamers, zodat ze met eigen ogen kunnen zien waar behoefte aan is.’ Naast EVA maakt D.O.R.C. ook allerlei precisie-instrumenten waarmee de chirurg veilig in het netvlies kan knippen en grijpen. Die instrumenten moeten zo klein mogelijk zijn, legt Timmer uit. ‘Hoe kleiner, hoe minder traumatisch voor het oog. Tegelijkertijd mag die voortdurende miniaturisatie er uiteraard niet toe leiden dat zo’n instrument minder stevig wordt. Voor onze R&D-afdeling – zo’n 40 man sterk – is het de uitdaging om steeds kleinere én robuustere instrumenten te ontwikkelen.’
Geen nummer
D.O.R.C. is wereldwijd actief; het bedrijf heeft verkoopkantoren in Europa, Noord- en Zuid-Amerika, het Midden-Oosten en Azië. Op het hoofdkantoor werken 380 van de in totaal 500 medewerkers. Het bevindt zich nog altijd in Zuidland, een klein dorp zo’n 30 kilometer onder Rotterdam. Bij de werving van nieuwe medewerkers is dat weleens een obstakel. Timmers: ‘Je zit hier in landelijk gebied, dat schrikt sommige kandidaten af. Wat dat betreft zouden we beter in de omgeving van technische steden als Delft of Eindhoven kunnen zitten. Aan de andere kant past die rustige, ruimtelijke omgeving ook wel bij ons. Bij ons ben je geen nummer, maar krijg je als medewerker de ruimte om als ‘ondernemer’ binnen het grotere geheel het verschil te maken. Korte lijnen en transparantie, daar geloven wij in.’
Dat D.O.R.C. nog steeds in Nederland zit, heeft volgens Timmers ook te maken met de voortdurende zoektocht naar een zo efficiënt en innovatief mogelijk productieproces. ‘De productie van onze 
instrumenten is grotendeels vakkundig handwerk. Tegelijkertijd kijken we voortdurend of we kleine productiestapjes kunnen automatiseren, zodat we competitief blijven ten opzichte van het buitenland. Mede dankzij die voortdurende efficiencyslag kunnen we een Nederlands maakbedrijf blijven.’
Dit artikel staat in de nieuwe editie van MT. Bestel hier een proefnummer.
