Afgelopen december stroomden ze binnen. Nieuwjaarswensen, allemaal met dezelfde boodschap en in vrijwel dezelfde bewoordingen. ‘Laten we 2020 snel afschrijven en meteen doorgaan naar 2021’. Voor sommige mensen kan ik me dat helemaal voorstellen. Je zult maar een geliefde hebben verloren aan corona, nog geen trap kunnen oplopen omdat je te kortademig bent, of CEO zijn van een bedrijf in de evenementenbranche.
Maar dat geldt echt niet voor iedereen die zo’n boodschap stuurde. Vorig jaar heeft ons óók mooie dingen gebracht. Innovaties bijvoorbeeld, meer tijd met de kinderen, ruimte voor reflectie. Ik kan heel slecht tegen die teneur van negativiteit. Bovendien denk ik dat een goede leider het zich ook niet kan veroorloven. Als je als leider je schouders laat hangen, doen je medewerkers dat ook en kun je kapitalen afboeken. Jij bent degene die kansen moet zien en moet inspireren.
Toegegeven, dat gaat mij redelijk makkelijk af. Bij mij is het glas van nature halfvol. Wij hebben thuis bij de eettafel een foto van een vervallen huis ergens in Zuid-Europa. Soms vragen gasten of we daar niet neerslachtig van worden. Juist niet. Mijn vrouw en ik vinden het heerlijk om te fantaseren over hoe we dat huis zouden opknappen en inrichten. Zo gaat het altijd: als ik iets zie dat beter kan, word ik meteen actief. Of het nu een wc-rol is die verkeerd hangt (altijd met het papier van de muur af), of dienstverlening die we online moeten brengen.
Focus op invloed
Een positieve blik is meer dan een karaktertrek die af en toe goed van pas komt. Het is ook iets waar ik aan werk. Ik heb veel met het stoïcisme. Je lijdt niet door wat er gebeurt, maar door wat je daarover dénkt. Je gedachten erover zorgen voor negatieve emoties die je niet verder brengen. Daarom focus ik extreem op mijn cirkel van invloed. Kan ik iets verbeteren? Dan doe ik dat. Ligt het buiten mijn macht? Dan negeer ik het zo veel mogelijk. Dat is precies waarom ik geen nieuws kijk. Nieuws is wat afwijkt van het normale. Dat is in een prachtig land als Nederland meestal negatief.
Die strategie gebruik ik ook in mijn manier van leidinggeven. Dat begint al bij de poort. Iedereen is welkom bij ons (we werken hard aan diversiteit en inclusiviteit) behalve chagrijnen. Dreigt de sfeer even te verzuren? Dan breng ik er lucht in met een grap. Er zijn collega’s die geklokt hebben dat ik niet langer dan 13 minuten achter elkaar serieus kan zijn.
Ik ben eigenlijk nooit mistroostig, maar als ik het wel ben, is het precies dáárom. Mensen denken soms dat het bij mij thuis of op mijn werk altijd allemaal maar halleluja is, omdat we vrolijk in elkaar steken en zakelijk succesvol zijn. Maar ook wij kennen onze tegenslagen en verlies. We bespreken ze elke maand tijdens ons Cultuurcafé. Er zijn genoeg medewerkers met een ernstig zieke partner of een collega met een kindje dat een stamceltransplantatie moest ondergaan. In de tuin van ons nieuwe kantoorpand liggen herdenkingsstenen voor collega’s die overleden zijn. De laatste is van december 2020: Vincent van Giffen, 36 jaar.
AFAS is geen Fake it till you make it – club. Wél kijken we graag naar wat er goed gaat. Dat is ook mijn advies aan jou. Al gaat het nog zo slecht, als je wilt dat het écht slecht gaat, moet je je schouders laten hangen. Kijk naar de lichtpuntjes. Die zijn er altijd. Het afgelopen jaar én het komende.