Na deeltaxi’s, -scooters en -fietsen worden de straten van San Francisco, Los Angeles en Washington sinds kort verlevendigd door een vloot van elektrisch aangedreven deelsteps. Of geterroriseerd, als je het aan sommige lokale bestuurders en bewoners zou vragen.
Sinds de e-steps met duizenden tegelijk werden gedumpt in binnensteden, moeten voetgangers zich zien te laveren langs zwermen lukraak geparkeerde exemplaren. Op de stoep rijden is officieel verboden, maar de tijdelijke berijders van de steps lijken zich daar vaak weinig van aan te trekken.
Deelsteps van LimeBike
Korte ritjes
Een step huren is simpel, en – letterlijk – laagdrempelig: vanaf 1 dollar, plus 10 à 15 cent per minuut zoef je van je metrohalte naar kantoor, of naar een afspraak een paar straten verderop – de meeste ritjes zijn amper 3 kilometer. De met internet verbonden tweewielers worden getraceerd en ontgrendeld met een app. Deelstartups Bird, LimeBike en Spin maken gebruik van chargers, mensen die de steps ‘s nachts opladen tegen een vergoeding van 5 tot 20 dollar per step.
Dankzij 110 miljoen aan groeikapitaal is Bird een van de grotere uitdagers in dit nieuwe speelveld. (De oorlogskas van LimeBike is met 132 miljoen nog forser, maar die startup werkt grotendeels met deelfietsen.) “Wanneer je op een Bird rijdt, word je eraan herinnderd hoe het is om vrij te zijn”, zegt Bird-oprichter Travis VanderZanden dromerig in The New York Times. “Alsof je vleugels hebt.”
(Geen) toestemming
Voor steden zijn de duizenden deelsteps eerder een nachtmerrie dan een droom. Net als Uber en Lyft in hun begindagen, negeren stepstartups alle gangbare, ambtelijke procedures om officieel toestemming te krijgen.
Zoals het modern vervoer betaamt, zijn de steps dockless, oftewel: ze kunnen net als de deelscooters en -fietsen van Felyx, Flickbike en Donkey Republic overal achtergelaten worden. Niet zelden struikelen voetgangers daardoor over steps die pal voor een entree ‘geparkeerd‘ staan, of zien rolstoelgangers hun toegangsweg naar een gebouw geblokkeerd. Dat leidde in San Francisco al tot boze brieven van lokale overheden (‘cease-and-desist‘) en inderhaast bijeen geroepen overleggen.
Today’s #scooterfail now scooter idiots are pissing off dogs too #scooteridiots getting in everyone’s way including #parkingfail pic.twitter.com/8gSzUphq4T
— Scooter Idiots (@scooteridiots) 11 April 2018
“Ik weet niet wie dit soort dingen bedenkt, of waar deze mensen vandaan komen”, vraagt een lokale ambtenaar in San Francisco zich vertwijfeld af in The New York Times. Bird-oprichter VanderZanden wuift de kritiek weg met een verwijzing naar de ophef toen rond 1900 de eerste auto’s opdoken in het straatbeeld. “Toen moesten ze ineens bedenken waar ze al die ‘dockless‘ auto’s moesten parkeren.”
Elitair
Een van de chargers van Bird nam het vorige week – niet verrassend – tijdens een overleg in het gemeentehuis van San Francisco op voor de deelstartup, die hem naar eigen zeggen helpt bij het aanvullen van zijn inkomen in de peperdure stad. De overheid zou haar pijlen wat hem betreft beter op ‘dodelijke auto’s’ kunnen richten. Een van de tegenstanders noemt de rondzoevende deelsteps met gevoel voor drama een symbool van elitaire “arrogantie”, en een “samenzwering van jonge mensen om ons als oude taarten om te brengen, zodat ze onze appartementen met huurbescherming kunnen inpikken”.
Als onderdeel van de pr-oorlog stelde Bird onlangs (vooralsnog tevergeefs) voor om alle stepstartups samen een manifest voor “verantwoorde groei” te laten tekenen, inclusief afspraken over het delen van de inkomsten met steden. Ondertussen lobbyt het bedrijf voor het rijden van elektrische steps op trottoirs.
Uber
Niet geheel toevallig werkte Bird-oprichter VanderZanden eerder als coo bij Lyft en als ‘vice president of growth‘ bij Uber. Toen hij deelsteps zag in China, besloot hij die trend naar de VS te halen (Bird rijdt ook met Chinese scooters van Xiaomi). Bird plantte zijn steps tot nu toe in zeven steden, maar hoeveel ‘Birds’ de startup precies heeft losgelaten, is niet bekend. Wel stuurde het bedrijf onlangs 22.500 helmen naar gebruikers, om te voldoen aan nieuwe regels die het van steden kreeg opgelegd. LimeBike dumpte sinds afgelopen juni bij elkaar 35.000 fietsen en steps op straat.
Als de natuurwetten in startupland niet veranderen, is het een kwestie van tijd voordat deelsteps ook in Nederlandse straten opduiken. Daarmee kunnen steden zoals Amsterdam en Rotterdam zich verheugen op een nieuw hoofdpijndossier, terwijl ze amper zijn bekomen van deelfietsen, -scooters en -auto’s. Voor ondernemers ligt er een nieuwe kans – de vraag is alleen nog wie de handschoen oppakt.