Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Paul Eggink (Temper): ‘Wij juichen een minimumtarief van 15 euro toe’

Temper, het zzp-platform voor de horeca, krijgt een investering van meer dan 4 miljoen euro om internationaal op te schalen. Ondernemer Paul Eggink (30) zit vol ideeën voor de arbeidsmarkt van morgen. ‘Werken naast de bijstand? Dat is een goed idee.’

Het groeikapitaal is afkomstig van de Amsterdamse durfinvesteerder Slingshot Ventures. Slingshot-investeerder Constance Scholten (31) stelt dat het om de grootste investering gaat die Slingshot tot dusver deed. Precieze cijfers wil ze niet noemen. Het bedrag is in ieder geval hoger dan 4 miljoen euro, tot nu toe het hoogste bedrag dat Slingshot investeerde. Deze investering ging in 2017 naar fietsenproducent VanMoof. Het fonds met een omvang van bijna 60 miljoen euro investeerde ook in hr-startup Wonderkind en online scheermerk Boldking. Het Financieele Dagblad meldt op basis van een ingewijde dat Temper nu een waardering zou hebben van ruim 20 miljoen euro.

Scholten vertelt aan Sprout dat Slingshot een belang in het Amsterdamse Temper neemt van “tussen de 20 en 30 procent”. Slingshot, een investeringsgroep van ondernemers, neemt in de regel nooit een groter belang dan 30 procent. Het fonds wil volgens Scholten niet “op de stoel van de ondernemer gaan zitten”.

Innovatief concept

Het drie jaar oude online platform Temper vergaarde faam als innovatief concept voor de arbeidsmarkt. Via Temper kunnen opdrachtgevers en opdrachtnemers in de horecawereld elkaar vinden. Opdrachtnemers werken als zelfstandigen en Temper regelt de vergoeding tussen beide partijen. Voor ieder via Temper gewerkt uur rekent het platform van Eggink 3 euro. Omzetcijfers deelt Eggink niet met Sprout, maar hij stelt wel tweejaarlijks “keer twaalf” te groeien. “Eind 2016 werd er nog 10.000 uur per maand gewerkt via Temper, inmiddels is dit 125.000 uur per maand.”

Temper is hyper schaalbaar

Scholten roemt Temper om diens “duurzame oplossing” voor de arbeidsmarkt. “We kunnen vandaag de dag niet meer om de flexibele schil heen. Temper helpt werkgevers bij het verkorten van hun aannamebeleid. Meldt iemand zich vandaag ziek, dan wordt dat al snel gezien als groot probleem.” Dankzij Temper is dat volgens haar een minder groot issue; via het platform kunnen werknemers snel een nieuwe arbeidskracht vinden voor de klus. “Temper is bovendien hyper schaalbaar.”

Wat heet: door al dat opschalen, maakt Temper nog geen winst. Alle winst die het bedrijf maakt, investeert Eggink in zijn groei. De komende jaren staan voor de ondernemer in het teken van zijn internationale uitrol. Alhoewel Eggink stelt zich hoofdzakelijk op Nederland te blijven richten, is het zijn doel “om het voortouw te nemen en een voorbeeld te worden voor heel Europa”. Een Europese uitrol dus. Eggink stelt volgend jaar de grens over te willen met Temper. Hij denkt erover na om allereerst de Duitse markt op te gaan. “De horecamarkt is er groot en het is dicht bij huis”, stelt de ondernemer.

Retailbranche

Eggink wil ook andere sectoren aandoen met zijn platform. Om te beginnen met de retailbranche. Uit onderzoek van Temper bleek dat millennials, de grootste doelgroep op het platform van Eggink, het liefst ook in deze sector via Temper zouden willen werken. Op dit moment draait Eggink een pilot met “grote warenhuizen” en “fashion-retailers”. “Zij zijn waanzinnig positief. Via ons platform kunnen ze de beste kandidaten uitkiezen. Doordat de freelancers zelf uitkiezen wanneer ze willen werken, hebben ze een hoge motivatie. Op momenten van schaarste kunnen de werkgevers bovendien gemakkelijker werk vinden dankzij ons platform.”

Freelancers hebben een hoge motivatie om te werken

Wil je de millennial blijven interesseren, dan heb je een flitsende app nodig. Eggink is zich hiervan bewust en wil daarom de komende jaren sterk investeren in productontwikkeling. Op dit moment werken er nog zo’n vijftig voltijdsmedewerkers bij Temper, maar dit moet binnen 2 jaar “richting de driehonderd man” gaan. Eggink stelt voornamelijk developers nodig te hebben. “Voor een platform als Airbnb werken alleen aan de iOS-app al honderd developers. Wij hebben nu elf man op ‘product’ zitten, die zowel voor web, android als iOS werken. Millennials verwachten kwaliteit, dus we moeten de gebruikerservaring van ons product optimaliseren.”

Politieke discussie

Eggink zegt het niet met zoveel woorden, maar zijn platform disrupt de traditionele uitzendbureaus door met een nog flexibeler schil te werken dan het tijdelijke arbeidscontract. De platformeconomie, waaraan naast Temper ook bedrijven als Deliveroo en Uber deelnemen, is onderwerp van een verhitte politieke discussie. Ter rechterzijde gaan stemmen op voor deze innovatie van de arbeidsmarkt, terwijl er bij de linkerzijde de vrees bestaat dat de maatschappij langzamerhand terugvalt in het model van de negentiende eeuw, met veel macht voor de werkgevers en weinig slagkracht voor de arbeiders.

Dit is een nieuw model met onzekerheden

“De opkomst van het uitzendbureau zorgde in de jaren ‘70 ook voor discussie”, meent Eggink. “Het was toen ook onzeker wat de impact op de samenleving zou zijn. Met de juiste kaders kan waarde toegevoegd worden, zo bleek. ING kwam laatst met een rapport waarin stond dat binnen 10 jaar 70 procent van het marktaandeel van uitzendbureaus overgenomen zou worden door initiatieven als die van Temper. Dit is een nieuw model met een zelfde onzekerheid. We proberen de effecten inzichtelijk te maken en met oplossingen te komen om het model duurzaam te maken. Niet alleen de opdrachtgever en -nemer zijn stakeholder, maar ook de samenleving. Vanaf de eerste dag zijn we in gesprek met de Belastingdienst en Den Haag over de arbeidsmarkt.”

13 euro

Vrijwilligerswerk
Temper zit niet alleen in de wereld van de freelanceklussen, maar biedt ook een service voor vrijwilligerswerk. Via Temper Charity kunnen mensen vrijwilligerswerk vinden bij bijvoorbeeld de Voedselbank, of zich aanmelden om met ouderen te werken. “Het is een goede manier om waarde toe te voegen”, zegt Eggink. “Op dit moment is de drempel voor mensen om dit te doen nog best wel hoog. Met een platform maak je het veel gemakkelijker om vrijwilligerswerk te vinden.” Binnen Temper werken vier mensen aan deze bedrijfstak. Eggink verdient er niets mee en stelt er nooit een verdienmodel aan te willen koppelen. “Dit is puur teruggeven.”

Oftewel: met D66-minister van Sociale Zekerheid en Werkgelegenheid Wouter Koolmees. De minister pleit voor een minimumtarief van 15 tot 18 euro per uur voor freelancers. Het minimumtarief bij Temper is daarentegen 13 euro per uur. “Je zou het misschien niet denken, maar wij juichen een minimumtarief van 15 euro toe”, zegt Eggink. “Je zou in dat bedrag een verplichte verzekering voor arbeidsongeschiktheid kunnen opnemen. Zo creëer je een level playing field. In de Volkskrant las ik over een idee dat mensen dit soort werk zouden kunnen doen als toevoeging op de bijstand. Een goed idee, vind ik dat. Een regelluwe bijstand heet dat? Nog nooit van gehoord.”

Freelancers die via Eggink werken, verdienen overigens lang niet altijd maar 13 euro per uur. Net als Uber speelt bij Temper het moment dat de freelancer wil werken een belangrijke rol voor de hoogte van de uitbetaling. “Op momenten dat weinig mensen willen werken, bijvoorbeeld op een warme zomerdag, kun je wel 25 euro per uur verdienen. Dit is pure marktwerking: wij geven inzichten in wanneer er schaarste is, waardoor het werk op die momenten meer waard wordt.”

Geen pensioen

Maar goed, de freelancers die via Temper werken, gaan wel onverzekerd naar hun werk toe en bouwen geen pensioen op. Het zijn de uitdagingen van de platformeconomie, waar Eggink aan stelt te willen werken. Momenteel draait hij een pilot met pensioenverzekeraar Brand New Day, waarmee hij freelancers de mogelijkheid geeft te sparen voor hun pensioen. “We zien echter dat er nog niet veel behoefte voor is. De meesten denken: dat doe ik later wel, als ik een vaste baan heb. Millennials zien dit als bijbaan of als een mooie manier om ervaring op te doen.”

Opleidingen
In navolging van YoungCapital komt Temper nu ook met een eigen opleidingsservice. Met de zogeheten Temper Academy wil Eggink freelancers workshops, zoals een barristacursus, laten vinden om zichzelf te ontwikkelen. Op het volgend jaar te lanceren platform wil Eggink vraag en aanbod bij elkaar brengen. “We gaan dus niet zelf workshops aanbieden. Wel kunnen wij zien in welke beroepsgroepen schaarste is. Als freelancer kan het dan lonen om in die vaardigheden te investeren.” Op dit moment is Temper er nog in gesprek over met de overheid. “Wij zijn een digitaal prikbord, geen werkgever. Als je trainingen aanbiedt, lijk je daarmee op een bedrijf. We proberen dit goed te overleggen om te kijken hoe dit past binnen de regelgeving.”

Hoogopgeleide millennials misschien. Voor de lageropgeleiden kan een carrière in de horeca of retail een realistisch toekomstbeeld zijn. Is Eggink niet bang dat zijn platform ervoor zorgt dat die groep op deze manier nooit meer een vast contract krijgt? Eggink stelt van niet: “Deze banen waren al flexibel (via uitzendbureaus, red.). Bovendien zijn er regels dat iemand niet jarenlang in een zzp-constructie voor dezelfde opdrachtgever mag werken. Wij moedigen aan dat bedrijven mensen dan in vaste dienst nemen. Dat is extreem belangrijk voor de cultuur binnen een bedrijf. Wij vragen bovendien geen overname-fees voor mensen die in de vaste schil willen werken bij een werkgever.”

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Vakbonden

Twisten met de vakbonden weet Eggink behendig te voorkomen. Deze zomer ging hij – heel slim – een samenwerking aan met FNV Horeca, waarbij beide organisaties samen zullen kijken hoe ze de “horecaprofessionals” in de toekomst kunnen beschermen. Binnen de FNV is er echter ook kritiek op de samenwerking. FNV Flex stelt dat diens horecatak hiermee constructies van schijnzelfstandigheid zou accepteren.

“Wat wij doen is nieuw”, reageert Eggink, “dus dat brengt ook onzekerheid met zich mee. We willen graag doorwerken naar een duurzame oplossing voor de platformeconomie. We willen een voorbeeldfunctie vervullen om van de samenleving een betere plek te maken. De samenwerking met FNV zullen we gebruiken om dat beter te kunnen doen.”