Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Capgemini af van oude schrikbeeld

Maatwerksoftware heeft een negatief imago: te duur, te laat en vaak overbodig. Maar een nieuwe aanpak toont dat het ook anders kan.

 

Veel bedrijven grijpen waar mogelijk liever naar een standaardpakket dan naar maatwerksoftware. Logisch, want de processen bij veel organisaties lijken sterk op elkaar, en dan is een standaardpakket vaak wel zo voordelig en ­daarnaast meteen te gebruiken. Maatwerksoftware heeft bovendien een ­nogal negatief imago. Hoe komt dat? Volgens sommige analyses komt maar 30 procent van alle ict-projecten binnen de gestelde tijd, zonder budgetoverschrijding en naar behoren tot een goed einde. Ruim 20 procent zou tijdens de rit zelfs worden stopgezet. Voor de overige 50 procent geldt: te laat, te duur of kwalitatief ­onvoldoende. Al met al een schrikbeeld.

Optimisme

Nieuwe ontwikkelmethoden geven echter reden tot optimisme. Zo heeft Capgemini een concept ontwikkeld dat alle oorzaken van mislukking blootlegt en elimineert. Het ­zogeheten Accelerated Delivery Center (ADC) is een wereldwijd gestandaardiseerde ­omgeving waarbinnen maatwerkprojecten 15 tot 20 procent sneller en 15 tot 30 ­procent goedkoper zijn uit te voeren dan het industriële gemiddelde. “Als (delen van) de ­ontwikkeling aan ADC’s in de lagelonenlanden worden uitbesteed, kan de besparing oplopen tot maar liefst 70 procent”, aldus een Capgemini-woordvoerder.
Teus Molenaar, hoofdredacteur van het tijdschrift AppWorks is er positief over. “De ­laatste jaren worden de bedrijfsbehoeften steeds vaker als uitgangspunt genomen en worden er kortere ­ontwikkelcycli toegepast, die per stap werkende software moeten opleveren. Tel daarbij het groeiend besef van het nut van testen en je ziet het aantal mislukte applicatieprojecten dalen.”

De India-route

Voor de ontwikkeling van maatwerk is in veel gevallen de India-route in trek. Grote ­leveranciers als Capgemini, Atos Origin, Logica, Sogeti en Ordina – de nummers 1 tot en met 5 op de lijst van door IT- en businessmanagers warm aanbevolen ontwikkel­bedrijven – hebben allemaal vestigingen in lagelonenlanden. De reden daarvoor is ­duidelijk: de arbeidskosten zijn er lager en er is veel IT-talent voorhanden.
Maar er zijn ook Indiase ontwikkelclubs als Infosys, Wipro en TCS, die de top-5 bedreigen. Het zijn bedrijven met jaarlijks dubbele groeicijfers, miljarden in kas en steeds meer ­grote klanten in het Westen. Tot vorig jaar waren er geruchten dat de Indiase outsourcing-­giganten op fusies en overnames in het Westen uit waren. Volgens Forrester-analist John McCarty is dat dit jaar minder aan de orde. “Waarom zouden ze bedrijven overnemen die hier zelf voor grote uitdagingen staan?” Hij doelt daarmee op de economische situatie en de hoge personeelskosten plus de taaie arbeidswetgeving alhier. De India-route ligt voor de Europeanen dus vooralsnog meer voor de hand dan de ­Europa-route voor de Indiërs. Maar hou ze in de gaten!