Meer dan de helft van de in Nederland gevestigde ondernemingen is een familiebedrijf, zo’n tweehonderdduizend in getal. Een daarvan is wijnhandel Robbers & Van den Hoogen in Arnhem. Het bedrijf is in handen van de vierde generatie Donders.
De ogen van Marcel Donders (37) beginnen te stralen als hij het krakende slot opent van het hek dat toegang biedt tot de kroonjuwelen uit de collectie van Robbers & Van den Hoogen; van vrij recentelijk gedateerde flessen van het vermaarde chateau Pétrus tot dikbestofte flessen van andere fraaie Bordeauxwijnen van wel zeventig jaar oud. Voor het kerstdiner met de familie neemt Marcel elk jaar een aantal flessen uit deze schatkamer mee. Zo werd afgelopen kerst nog een fles uit 1937 opengetrokken, die tot groot plezier van alle aanwezigen nog goed op dronk was. En bij Donders kunnen ze het weten, want door hun aderen stroomt al meer dan honderd jaar wijn.
Donders’ entree
Het verhaal begint als Joseph Donders in 1898 als administrateur in dienst treedt bij wijnkopers Robbers & Van den Hoogen in Arnhem. Zes jaar later wordt hij vennoot en in 1912 neemt hij de zaak volledig over van de familie Robbers, die om nageslacht verlegen zit. Joseph besluit de bedrijfsnaam te handhaven – uit respect voor de oprichters zoals dat zo fraai heet – maar voornamelijk uit zakelijk oogpunt: de wijnhandel heeft inmiddels een uitstekende naam opgebouwd bij zijn clientèle. In 1948 nemen drie zonen van Joseph de zaak over: Frits, Cees en Jan. Als eerstgenoemde in 1970 komt te overlijden, wordt hij opgevolgd door zijn zoon Jaap, de eerste telg van de derde generatie die in het bedrijf komt werken. Niet veel later volgen zijn broers Frits en Paul, evenals zijn volle neven Michiel en René. De vijf zijn jarenlang aandeelhouder, tot begin jaren negentig zich de vraag aandient: hoe nu verder? Dat is het moment waarop de twee zonen van Jaap in beeld komen: Marcel en Rob. In de ogen van de vijf compagnons zijn zij de enigen van de vierde generatie Donders die in aanmerking komen om het bedrijf over te nemen. Tot frustratie van hun zus Astrid, die gepikeerd is dat beide broers de taart gaan verdelen zonder dat haar iets is gevraagd. Als zij aangeeft ook wel oren te hebben naar de wijnhandel, reageert vader Jaap hevig gechoqueerd. Van vreugde.
Na een aantal stevige gesprekken enonderhandelingen, vindt in december 1994 de aandelenoverdracht plaatsaan Rob, Astrid en Marcel. De dagelijkse leiding blijft echter nog in handen van het oude geslacht, de jonkies gaan eerst een paar jaar buiten de deur in de leer.
Heao’er Rob (39) begint als trainee bij Nuon en later Telekabel, waar hij veel ervaring opdoet voor zijn latere taak als financiële man en automatiseerder bij Robbers & Van den Hoogen. Het pad van Astrid (38) leidt haar na de hotelschool in Maastricht langs hotels en cateraars in binnen- en buitenland. Hier doet zij de kennis op die haar nu van pas komt in haar functie als gastvrouw en pr-dame. Marcel, een geboren wijnliefhebber, trekt na zijn studie economie langs alle grote wijnlanden. Hier ontmoet hij bestaande en nieuwe producenten, ter voorbereiding op zijn toekomstige rol als algemeen directeur én in- en verkoper.
Kantoorvilla
In de loop van 1997 meldt Marcel zich als eerste in Arnhem in de fraaie kantoorvilla Carolinenburg, die sinds 1926 in bezit is van de familie. In januari 1998 volgen zijn broer en zus, de vierde generatie Donders neemt het directiestokje definitief over. Het trio maakt onderling twee duidelijke afspraken: geen van de partners mag in het bedrijf komen werken – op een helpende hand in drukke periodes na – en op familiefeestjes wordt niet over het werk gesproken. Een van de eerste zakelijke beslissingen van het trio is het stilleggen van de bottelarij. De topwijnen zijn niet meer in bulkpartijen te koop, waardoor de charme van het eigenhandig afvullen van flessen is verdwenen. Maar verder vinden in de eerste jaren in de bedrijfsvoering geen aardverschuivingen plaats; wijn is een traditionele handel waarin het draait om vertrouwen en continuïteit.
En zo gebeurt het dat Robbers & Van den Hoogen pas eind 2006 een webwinkel opent. Het argument dat hiermee de bedrijfsgegevens op straat komen te liggen, weegt niet langer op tegen het feit dat via internet een nieuwe doelgroep kan worden aangeboord. Bovendien kunnen bestaande klanten via internet met een druk op de knop hun vervolgorders plaatsen. Met de op handen zijnde modernisering van het computernetwerk lijkt de vierde generatie Donders dan ook helemaal klaar voor de toekomst.
Opvolging
En voor opvolging is al gezorgd. Door Astrid. Hoewel het voorlopig nog even de vraag blijft of de eenjarige Iris in de voetsporen van haar betovergrootvader Joseph zal treden.