Als ons gevraagd wordt welke collega (of bovenbaas) nou echt een hufter is, staan we nooit met een mond vol tanden. Voorbeelden van hufterig gedrag komen er uit als lava uit een kolkende vulkaan. Is dat erg?
Laten we meteen to the point komen. Voelt u zich omringd door incompetente idioten en kunt u zich niet inhouden om hen de waarheid te vertellen? Vertrouwt u de mensen om u heen niet en vertrouwen ze u ook niet? Kunt u uw minachting voor losers en eikels op uw werk soms niet onderdrukken? Ziet u uw collega's als concurrenten? Zou uw team nergens zijn zonder u? Verkeren u en uw collega's in permanente staat van oorlog met de rest van de organisatie? Reageren mensen vijandig op uw e-mails?
Zomaar zeven vragen. En als u zeven keer vindt dat u ze wel met ‘ja' moet beantwoorden, dan is de kans groot dat ú een ‘gecertificeerde hufter' bent. En dat u dat natuurlijk alleen bent omdat u nu eenmaal in een organisatie zit waar het nu eenmaal ‘eten of gegeven worden' is, natuurlijk, dat zal allemaal best.
Oh ja, anderen de schuld geven van dingen die fout gaat (en zelf de credits opeisen van dingen die goed gaan), da's óók zo'n kenmerk van de rechtgeaarde hufter. In ‘De anti-hufter methode' legt Robert Sutton haarfijn uit hoe je de hufter (in anderen én jezelf) herkent, hoe je er voor kunt zorgen dat je geen hufter meer bent en hoe je kunt zorgen dat organisaties huftervrij worden.
Vooral dat laatste is interessant. Sutton berekent de financiële schade die één enkele hufter kan veroorzaken en komt met een heldere top 10 van stappen die gezet moeten worden om het definitieve hufterverbod in te voeren. Aanraders. Voor de onverbeterlijke hufter is er in het boek van Sutton ook goed nieuws: elk bedrijf heeft één of twee echte hufters nodig. Als voorbeeld voor de rest. Van hoe het niet moet…
Boek De anti-hufter methode, Robert Sutton, € 18,95