Het bedrijf waar je werkt groeit weer. Die bonus hengel je dit jaar wel binnen en zelfs die plek in de raad van bestuur lijkt niet meer zo onbereikbaar als voorheen. Alle reden om in je huidige baan te blijven hangen.
Dat moet je ook vooral doen als je het naar je zin hebt, maar niet als je de afgelopen jaren met lood in je schoenen naar je werk bent gegaan. Zeker niet als je er de afgelopen jaren met enige regelmaat aan dacht om totaal wat anders te gaan doen. Als dat het geval is, pak dan nu je biezen.
Dat klinkt als een goedkoop carrièreadvies, een open deur van jewelste. Natuurlijk moet het nu, want de arbeidsmarkt is zo krap, dat de kans op een baan groter is dan die in jaren is geweest. Daar hoef je geen arbeidseconoom voor te zijn. Bovendien geldt, hoe jonger, hoe gewilder op de arbeidsmarkt. En de klok tikt. Maar er is nog een reden om haast te maken: wie een nieuwe start maakt tijdens hoogconjunctuur, profiteert daar jaren later nog steeds van.
Crisiskinderen
Dat laatste blijkt onder andere uit onderzoek naar de salarissen van afgestudeerden door de Amerikaanse econome Lisa Kahn. Logischerwijs zal wie afstudeert tijdens hoogconjunctuur een hoger startsalaris krijgen, dan iemand die start in een recessie. Wat Kahn ontdekte, was dat dat effect heel lang blijft doorwerken. Vijftien jaar en diverse economische cycli na hun afstuderen verdienen mensen die hun studie hadden afgerond in economisch moeilijke tijden nog altijd 2,5 procent minder dan de mazzelaars die in betere tijden de arbeidsmarkt opkwamen.
Hoe kan het dat het loonverschil zo lang aanhoudt? Een eerste verklaring is dat veel mensen in hun carrière de meeste loonsprongen maken in het begin van hun carrière. De inkomensgroei van de gemiddelde werknemer vindt zelfs voor 70 procent plaats in de eerst tien jaar, zo zagen onderzoekers van het National Bureau of Economic Research in het Amerikaanse Cambridge. Dat is op zich niet zo gek, want in die eerste periode veranderen mensen gemiddeld het vaakst van baan.
Switchen goed voor je inkomen
En dat laatste verklaart waarschijnlijk ook het feit dat het verschil in startsalaris zo groot is tussen afstudeerden in goede en slechte tijden. Niet alleen krijg je een lager startsalaris, je hebt weinig kansen om van baan te veranderen. Als je een baan hebt, blijf je lekker zitten, ook al past die baan misschien niet helemaal bij je talenten.
Maar wat moet je met al die kennis als je al even in een baan zit? Als je al jaren geleden bent afgestudeerd, een recessie, of als je geluk had, in een hoogconjunctuur? Bedenk dat je op het moment van een echte carrièreswitch ook aan iets nieuws begint. Als je nu begint heb je én het voordeel dat je ‘startsalaris’ in je nieuwe loopbaan hoger ligt omdat mensen nu eenmaal schaars zijn, én je hebt het voordeel dat je de komende jaren nog van baan kan wisselen. Mits de economie nog even lekker draait.
