De Dow-Jonesindex sloot 0,1 procent hoger op 17.827,75 punten en de de S&P 500 steeg 0,3 procent tot 2072,83 punten. De Nasdaq won 0,6 procent tot 4787,32 punten dankzij een winst van 4,1 procent voor Hewlett-Packard.
De stroom macrocijfers bevatte een aantal tegenvallers. Zo bleek onder meer dat bedrijven in oktober minder investeerden in machines en computers. Ook werd bekendgemaakt dat het aantal uitkeringsaanvragen vorige week steeg tot het hoogste niveau in drie maanden. Op de huizenmarkt daalde het aantal voorlopige koopcontracten vorige maand onverwacht, terwijl de verkoop van nieuwbouwwoningen zich positief ontwikkelde. Een lichte stijging van de consumentenuitgaven werd ook als lichtpunt gezien.
Seadrill
Hewlett-Packard stelde dinsdagavond teleur met zijn omzet in het vierde kwartaal. Beleggers zijn echter enthousiast over de voorgenomen opsplitsing van het technologieconcern. Diverse analisten rekenen onder meer op hogere winstmarges als de divisie die pc’s en printers maakt wordt losgeknipt van het onderdeel dat zich bezighoudt met de levering van hardware en IT-diensten aan de zakelijke markt.
De energiesector had last van een winstalarm van de Noorse dienstverlener aan de olie- en gasindustrie Seadrill. Dat bedrijf kondigde aan het dividend op te schorten omdat het last heeft van de dalende olieprijs, waardoor opdrachten van oliemaatschappijen voor eigenaren van boorplatformen uitblijven. Seadrill, dat eerder op de dag al ruim 18 procent verloor op de beurs in Oslo, leverde in New York 22,8 procent in. Branchegenoten als Transocean, Noble en Diamond Offshore Drilling werden tot 10,9 procent lager gezet.
De prijs van een vat Amerikaanse olie daalde 0,7 procent tot 73,54 dollar. Brentolie werd 0,9 procent goedkoper op 77,62 dollar per vat. De euro werd verhandeld voor 1,2508 dollar, gelijk aan de ruilverhouding bij het slot van de Europese beurzen.