Kleine, onafhankelijke bands breken dankzij internet sneller door zonder hulp van grote labels, zegt Yigal Roos (33), oprichter van muziekbedrijf Fortress Music, samen met zijn broer Uri (27).
“Neem de Kaiser Chiefs of Mars Volta. Zij begonnen vanuit de indie scene, maar bereiken nu een vrij grote groep mensen. Ze zijn nog wel ‘indie’, maar niet klein. Voor fans van gitaar- en rockmuziek zijn echter weinig goede Nederlandse sites.” Roos’ Fortress Music, dat produceert, promoot, begeleidt en organiseert, startte daarom een alternatieve muziekcommunity, Jimmyalter.nl.
Commerciële broertje 3voor12?
Het moet de commerciële evenknie worden van VPRO’s 3voor12, zegt Roos. Maar is de groep alternatieve muziekliefhebbers in Nederland niet te klein? “Nee hoor, die groep wordt juist steeds groter, en dankzij internet luisteren ze meer nieuwe muziek dan ooit.”
Opboksen tegen 3voor12 is lastig. Droogjes merkt hij op: “We hebben in Nederland nu eenmaal te maken met veel culturele subsidies. Wij krijgen niks. Maar daarom moeten wij op zoek naar nieuwe modellen om geld te verdienen. Ook moeten we daarom een eigen community opbouwen, die het zelf doet, want veel journalisten aannemen kunnen we niet.”
Jimmy Alter onderscheidt zich volgens hem omdat de site ‘minder journalistiek’ is dan 3voor12 en Oor.nl, en ook niet zo breed als Musicfrom.nl, een andere grote Nederlandse muzieksite.
Geld in marketing
De broers Roos hebben met Fortress Music zowel een opnamestudio als een bedrijf dat sites maakt, online campagnes opzet, street teams aanstuurt en evenementen organiseert. Het bedrijf doet onder meer de marketing voor bands van Warner Music in de Benelux. Want daar zit nog het geld in de muziekwereld: sponsoring en marketing.
Jimmy Alter is een extra platform om bands onder de aandacht te krijgen. De site organiseert bijvoorbeeld prijsvragen, showcases en ontmoetingen met bands. Grote merken kunnen hun naam daaraan verbinden. “We hebben als eens iets gedaan met Orange. En we zoeken meer bedrijven die Jimmy Alter willen inzetten.”
Content komt deels van bezoekers. Leden van de site interviewen in ruil voor bijvoorbeeld gratis kaartjes hun helden. Ter promotie deelt Fortress elk kwartaal vijftigduizend flyers uit bij concerten. Ook ‘meet & greets’ en afterparty’s zijn populair. “Op de foto met je favoriete band. En we hebben fans een keer Twister laten spelen met de Bloodhound Gang.”
Fortress maakt met een videoteam ook concertregistraties en videocontent. “Ook zijn we net begonnen met een wekelijkse tv-show waarin alle leukste items van de site terugkomen in een wekelijkse uitzending.”
Geen contact met fans
Volgens Roos hebben grote labels geen direct contact meer met de fans. “Dat hebben wij ze wel te bieden. Het maakt fans niks uit op welk label een artiest zit, ze hebben een band met de band. Daar helpen wij ze bij.”
De broers Roos begeleiden ook talentvolle artiesten, met opnames in hun studio en met online promotie. “Denk bijvoorbeeld aan de band A Silent Express, die de publieksprijs van de Grote Prijs van Nederland won en de rapper Blackstar. Wij doen wat grote maatschappijen nalaten. Zij steken geen tijd en energie meer in talenten waarvan ze niet van te voren weten of ze hitpotentie hebben en of ze hun geld waard zijn. Dat doen wij nog wel. Wij werken samen met artiesten op basis van partnerships. Dat kan goed uitpakken en is misschien een van de modellen die nog wel werkt.”
Toch cd?
Inkomsten komen ook van advertenties, sponsoring van evenementen, het verkopen van concertkaartjes en een webwinkel met merchandising en cd’s. Want ondanks dat jongeren massaal downloaden, willen veel indie liefhebbers van hun favoriete bands ook nog een fysieke cd hebben, denkt hij. “Dat bleek uit de focusgroepen waar we mee praten.”
Volgens Yigal en Uri leveren met name de promotionele activiteiten genoeg op om hun bedrijf draaiende te houden. Externe investeerders zijn nog niet welkom. Dat komt misschien pas aan de orde als Jimmy Alter is aangeslagen. “Als we het concept in het buitenland uitleggen, reageert iedereen enthousiast. Misschien zit er een internationale uitbreiding in. De naam kan over de grens al mee.”
Tonie van Ringelestijn