In totaal zal de ECB vanaf maart per maand voor 60 miljard euro aan leningen opkopen bij banken, waaronder staatsobligaties. Die aankopen lopen in ieder geval tot september 2016. Het programma kan worden verlengd, als de inflatie nog niet is verbeterd in de richting van het beoogde doel van 2 procent.
De ECB kocht al bepaalde soorten bedrijfsleningen bij banken. Dat programma wordt door de aankoop van staatsleningen nu uitgebreid, naar een totaal van ruim 1100 miljard euro. Eerder gaf Draghi aan dat de ECB in ieder geval voor 1000 miljard euro aan nieuwe steunmaatregelen wilde nemen.
Duw in de rug
Met de omstreden stap wil de ECB ervoor zorgen dat er meer geld voorhanden komt in de eurolanden. Banken krijgen door de verkoop van obligaties meer geld in kas. Als zij dit uitlenen aan burgers en bedrijven kunnen zij hun bestedingen opvoeren, waardoor de economische groei een duw in de rug kan krijgen. Op die manier zou ook de inflatie, de mate waarin prijzen stijgen, weer kunnen toenemen.
Vooral in Duitsland en Nederland stuitte de stap, waarop de ECB de afgelopen maanden al duidelijk hintte, op veel verzet. Om hun bezwaren weg te nemen worden niet alle risico’s op de leningen gedeeld. Een deel van de aankopen wordt verzorgd door nationale centrale banken, die daardoor alleen het risico van ‘eigen’ staatsleningen op zich nemen.
Draghi voorspelde in zijn toelichting dat de maatregelen de Europese economie vooruit kunnen helpen. Voor een echt herstel zijn echter op korte termijn stevige economische hervormingen nodig, benadrukte hij.
