Het Veghelse Vanderlande is een van de paradepaardjes van de Nederlandse maakindustrie. De leverancier van transport- en sorteersystemen voor onder meer de afhandeling van bagage op vliegvelden groeide sinds de millenniumwisseling flink, en anno 2016 werken er wereldwijd ruim 4.500 mensen bij het bedrijf. Dagelijks verwerken hun systemen op vliegvelden over de hele wereld bijna 9 miljoen stuks bagage en in onder meer de 4 grootste sorteercentra ter wereld ruim 20 miljoen pakketten.
Klantspecifiek ontwerp
Duizelingwekkende aantallen, maar ook grote multinationals lopen wel eens tegen onverwachte obstakels aan, vertelt engineer Cor Jansen. ‘Schiphol toonde in 2007 interesse in ons BAGSTORE-systeem, bedoeld om tijdelijk bagage in op te slaan. Als engineering-afdeling gingen we aan de slag om een klantspecifiek ontwerp te maken. Al snel stuitten we echter op een probleem: een van de plekken waar regelmatig onderhoud zou moeten plaatsvinden, was slecht bereikbaar.’
Stilleggen geen optie
Vanwege de strenge veiligheidseisen was een ladder gebruiken geen optie. ‘En ook zo’n systeem langere tijd stilleggen voor onderhoud is op een druk vliegveld natuurlijk geen doen. We zochten dus een oplossing die én werkbaar en veilig was, én makkelijk was in te passen in ons eigen systeem. Al snel kwamen we op het idee van een uitrolbaar onderhoudsplatform, dat al naar gelang behoefte zou kunnen worden uitgerold.’
Mogelijkheden
Er was alleen één probleem: wie zou zo’n onderhoudsplatform kunnen ontwikkelen? Zelf had Vanderlande de expertise niet in huis. En bij de vaste roldeurenfabrikant kreeg het bedrijf nul op het rekest; het zou onmogelijk zijn om een verticaal rolplatform te ontwikkelen dat stevig genoeg zou zijn. Ook andere benaderde leveranciers durfden de uitdaging van een verticale roldeur niet aan. Totdat Vanderlande via internet uiteindelijk op het spoor van Euroll Service in Zeewolde kwam.
Eigen productielijn sinds 2000
Directeur Fred van der Kort zag wél meteen mogelijkheden. ‘Om even bij het begin te beginnen: ik ben dit bedrijf in 1992 begonnen als merkonafhankelijke onderhouds- en servicedienst voor rolluiken. Op een gegeven moment kregen we van klanten regelmatig de vraag waarom we niet ook zélf rolluiken gingen produceren. In 2000 was het zover: we namen een eigen productielijn in gebruik.’
Creatieve ei kwijt
Een hele stap, zegt Van der Kort. ‘Maar al snel kwam ik erachter dat ik mijn creatieve ei prima kwijt kon in het ontwerp en de productie van rolluiken en aanverwante producten. Dus toen Vanderlande mij in 2007 out of the blue belde met de vraag of ik misschien kon helpen, twijfelde ik geen moment; ik zag het wel zitten om hierin te duiken en met een passende oplossing te komen.’
Groen licht voor prototype
Na wederzijdse kennismakingsbezoeken kreeg Van der Kort groen licht om (met inachtneming van het door Vanderlande en Schiphol opgestelde eisenpakket) een prototype te ontwikkelen. ‘De afspraak was dat ik kosteloos iets zou bedenken dat zou voldoen aan de strenge eisen. Als dat idee werd goedgekeurd, zou ik ook de daadwerkelijke opdracht krijgen om deze oplossing te maken.’
Al in de auto op de weg terug het idee
Daarmee nam Van der Kort wel een risico, erkent hij. ‘Ik zag het als een investering van mijn kant: de ontwikkeling zou me een kleine maand aan werk kosten –voor een klein bedrijf met 14 werknemers best veel –, maar het kon Euroll in potentie ook veel opleveren. Bovendien had ik al vrij snel in mijn hoofd hoe het eruit moest komen te zien; al in de auto op de weg terug vanuit Veghel zat ik na te denken over de manier waarop ik de aandrijving zou kunnen vormgeven.’
Concurrentievoordeel
Uiteindelijke leidde Van der Korts denk- en schaafwerk tot de ontwikkeling van het Euroll maintenance platform, een horizontaal uitschuifbare oplossing die het mogelijk maakte om ook de lastig bereikbare plekken toegankelijk te maken. Vanderlandes klant was er blij mee, herinnert Cor Jansen zich. ‘Fred toonde zich een ware ‘Willie Wortel’, die goed meedacht en voortdurend met creatieve oplossingen kwam. Samen met Euroll hebben we uiteindelijk soortgelijke projecten afgerond op London Heathrow, op het vliegveld van Oslo, en in het distributiecentrum van Nike in België. Mede dankzij Eurolls bijdrage hebben we inmiddels een kleine 80 van zulke systemen verkocht. In die zin leverde het ons zeker een voordeel op ten opzichte van de concurrentie.’
Met dank aan de vindingrijkheid en flexibiliteit
Is de samenwerking tussen de multinational en de veel kleinere toeleverancier daarmee een schoolvoorbeeld van de ‘kracht van de keten’ in Nederland? Zeer zeker, vindt Jansen. ‘Zoals ik al aangaf hebben we dankbaar gebruikgemaakt van de vindingrijkheid en flexibiliteit van Fred. Bij mijn weten is Euroll de enige toeleverancier van deze omvang die met een oplossing is gekomen die ook echt integraal deel is gaan uitmaken van ons systeem. Razend knap.’
Eén aanspreekpunt, altijd spannend
Wel is het, zegt Jansen, ‘meer in algemene zin, altijd wat spannend als je met kleinere toeleveranciers werkt waarbij één persoon het voornaamste aanspreekpunt vormt. De continuïteit van een project is iets waar we zelf misschien – vanuit het oogpunt van inkoop en projectmanagement – in de toekomst nog scherper op zouden kunnen zijn: wat je natuurlijk koste wat kost wil voorkomen is dat een project te lang stilligt omdat iemand even niet bereikbaar of beschikbaar is.’
Denk na over je eigen achtervang
Zijn advies aan Euroll zou dan ook zijn: ‘Blijf ook zelf goed nadenken over hoe je je achtervang organiseert, dat maakt je als kleine speler nog aantrekkelijker. Verder is het goed je als toeleverancier bewust te zijn van het feit dat grote spelers – met het oog op de vaak strenge veiligheidseisen – graag werken met gestandaardiseerde producten die elke keer exact hetzelfde zijn. Probeer de balans te zoeken tussen creativiteit aan de ene kant, en standaardisatie aan de andere.’
Samenwerking
Net als Jansen kijkt ook Van der Kort tevreden terug op de samenwerking met Vanderlande. ‘Mooi om te zien hoe Euroll een klein maar onmisbaar radertje binnen het grote geheel is gaan vormen. Uiteraard zijn wij altijd bereid om mee te denken over hoe we de samenwerking nóg beter vorm kunnen geven.’
Dit artikel is onderdeel van het dossier Made in NL. Bij MT vinden we dat Nederland trotser mag zijn op zijn maakbedrijven. Met Made in NL wil MT de kennisdeling binnen én over de sector bevorderen en maakbedrijven een podium bieden. Opdat we terecht trots zijn op de hidden champions van de maakindustrie. In deze missie wordt MT vergezeld door de volgende partners: Centraal Beheer, MBCF, NIBC, Salesforce en TNO.