De toekomst van de maakindustrie is afhankelijk van jong talent. Jet-Net wil de kloof tussen arbeidsmarkt en onderwijs dichten.
Sebastiaan Smit is sinds 1 januari de nieuwe directeur van Jet-Net (Jongeren en Technologie Netwerk Nederland, een samenwerkingsverband tussen bedrijven, onderwijs en overheid). Smit benadrukt dat Nederland veel technologiebedrijven heeft die hier gevestigd zijn vanwege het goede onderwijssysteem. Smit: 'We moeten zorgen dat de komende generaties die in het (technologische) bedrijfsleven gaan werken goed opgeleid zijn. Talent dat in staat is technologische doorbraken te maken. Minstens zo belangrijk zijn de vakmensen die dingen écht kunnen maken. Die vakmensen hebben we heel hard nodig om abstracte ideeën in concrete producten te kunnen omzetten. Hoewel Nederland een doorgeefland is, kenmerk van handel, bezitten we ook heel veel kennis in technologische bedrijven. Die bedrijven zijn heel belangrijk voor de economie en dat willen we ook zo houden.'
Enorm tekort aan loodgieters
De maakindustrie is bepalend voor de BV Nederland. Uit onderzoek van ING blijkt dat 1 baan in de maakindustrie 1 tot 1,5 baan oplevert in andere sectoren, bijvoorbeeld in de dienstverlening of de transport. Maar het is niet overal hosanna. In de Achterhoek waren een jaar geleden zo'n 500 vacatures voor technologische beroepen, die maar slecht ingevuld konden worden door een mismatch tussen opleiding en vraag van de arbeidsmarkt. Amsterdam ziet ICT-bedrijven naar het buitenland uitwijken om dat ze denken daar wel voldoende geschikt personeel te vinden. Ook blijkt er een enorm tekort aan loodgieters, een sector die steeds meer hooggekwalificeerd werk biedt. Werk aan de winkel dus.
Eén baan in de maakindustrie levert één tot anderhalve baan op in andere sectoren'
Drone operator
Wat de arbeidsmarkt vraagt, is continu in ontwikkeling. Een jaar of 10 geleden wist men nog niet van het bestaan van een Drone operator, Big Data specialist en vlogger. Blijvend leren is een belangrijke voorwaarde om voorop te lopen op technologisch gebied. Welke richting het opgaat, is onbekend. Wel dat bedrijven wendbaar en flexibel moeten opereren. Smit: 'Deze tijd roept veel vragen op. Hoe kunnen we profijt hebben van technologische ontwikkelingen en wat betekenen deze ontwikkelingen voor ons 'human capital'?'
Niet alleen beta-kennis
'Hoe zorgen we ervoor dat het onderwijs aansluit op de vernieuwende technologische ontwikkelingen in de bedrijven? Het gaat niet alleen om kennis van bètavakken, het gaat erom hoe deze vertaald kan worden naar concrete producten en technologische toepassingen. Laat leerlingen de maatschappelijke relevantie beter begrijpen. De cirkel is dan rond, leerlingen snappen niet alleen hoe iets werkt maar begrijpen de vertaling naar de samenleving.'
Tien jaar geleden wist men nog niet van het bestaan van een Drone operator, Big Data specialist en vlogger.
Zicht op kerncurriculum
Een volgende stap is hoe het bedrijfsleven het bestaande onderwijsaanbod kan verbeteren. Bedrijven die als partner al deelnemen aan het netwerk:
- Shell
- AkzoNobel
- ASML
- DSM
- IBM
- KPN
- Philips
Jet-Net (Jongeren en Technologie Netwerk Nederland) wil een spil vormen tussen het bedrijfsleven en de onderwijswereld. Smit legt uit: 'Stel jezelf als technologisch bedrijf de vraag: zodra je samenwerkt met een school, dragen de investeringen die je doet dan bij aan een groter doel? Kunnen de activiteiten die je als bedrijf ontplooit veel meer impact hebben? Als bedrijf kom je in contact met een toekomstige generatie potentiële werknemers. Het gaat erom dat wat bedrijven doen zichtbaar wordt voor leerlingen in het voortgezet onderwijs. Het leven bestaat uit keuzes maken, dat geldt ook voor jongeren die voortgezet onderwijs volgen. Die keuzes zijn bepalend voor de koers van hun verdere carrière. De vraag is of zij die keuze op een verantwoorde manier kunnen maken. Een keuze gebaseerd op de beelden en ideeën die ze aangereikt krijgen in het onderwijs. Daar draagt Jet-Net aan bij. Tenslotte moeten we niet vergeten dat de luxe en de welvaart die we hebben alleen maar bestaat dankzij innovatieve technologie.'
