Het DX300-onderzoek brengt in kaart welke bedrijven de digitale transformatie in Nederland leiden en welke dienstverleners hen daarbij helpen. Zo ontstaan twee lijsten van elk 150 zogeheten leaders in en enablers van digitale transformatie.
De ranglijst werd opgesteld op basis van een onderzoek onder 3.176 zakelijke beslissers, uitgevoerd door hoogleraar Strategic Management en Innovation Henk Volberda van de Universiteit van Amsterdam. Samen gaven zij ruim 8.186 beoordelingen van 1.544 organisaties op verschillende criteria.
Financiële instellingen doen het goed
De eerste plek voor ING is voor Volberda een verrassing. ‘Ik vind het verbazingwekkend dat een bank op één staat die tot voor kort te kampen had met een sleep aan verouderde automatiseringssystemen. Ondanks die handicap is ING erin geslaagd te excelleren in digitale transformatie. Dat vind ik nieuws’, zegt Volberda.
ING is niet de enige financiële instelling die flink oprukt in de DX300-lijst van 2023. Ook ABN Amro heeft het afgelopen jaar stappen gezet en schoof op van de elfde naar de vierde plaats. Rabobank meldt zich dit jaar als derde fintechspeler op de 13e plaats, een flink eind opgerukt vanaf de 32e plaats in 2022.
In de financiële sector worden flinke stappen gezet, constateert Volberda. ‘Je ziet dat banken zich in een rap tempo ontwikkelen. Voorheen hadden startups in de fintechsector vrij spel op het terrein van digitale transformatie, maar inmiddels weten ook de gevestigde namen de omslag te maken.’ Een puur digitale speler als Knab staat dit jaar op nummer 21 en is voorbijgestreefd door het traditionele Rabo.
Het bankalternatief Bunq van de innovatieve ondernemer Ali Niknam duikt zelfs nog helemaal niet op in de DX300-lijsten, daarvoor is de zakelijke betekenis van dit platform blijkbaar te beperkt. Beleggersbank DeGiro is dit jaar de top 100 binnengekomen, op plaats 83.
Top 5 leaders in digitale transformatie | |
---|---|
1 | ING |
2 | Bol.com |
3 | Booking.com |
4 | ABN Amro |
5 | Albert Heijn |
Verrassende sprongen
PostNL is ten opzichte van een jaar eerder twee plaatsen gezakt. Dat komt vooral doordat andere digitale transformeerders de onderneming inhaalden, zoals Albert Heijn. KLM is erg ver met zijn digitale klantreis, constateert Volberda. ‘De luchtvaartmaatschappij scoort niet bijzonder hoog als digitale organisatie, maar wél op het aspect van de digitale klantbeleving.’
De Eindhovense High Tech Campus komt als nieuwe speler de top 10 binnen en stoot door naar de achtste plaats. ‘Heel verrassend – het is meer een facilitaire organisatie, zou je zeggen. Waarop de campus vooral goed scoort is de toepassing van allerhande technologie. Dat verbaast mij niet. De High Tech Campus is de broedkamer voor digitale technologie.’
Op de negende plaats staat het geplaagde elektronicaconcern Philips. ‘Dat heeft nu natuurlijk te kampen met kwaliteitsproblemen. Maar het bedrijf maakt wel de omslag van producten die het levert als scanners en andere medische apparatuur naar servitization. Wil je dat goed doen, dan stap je over op abonneemodellen. Daarbij is de online dienstverlening essentieel. We zien dat Philips een sprong heeft gemaakt van de 17e naar de 9e plaats. Dat vind ik ook opvallend.’
KPN beste enabler
De tweede ranglijst van 150 enablers wordt dit jaar aangevoerd door KPN, dat vorig jaar nog op een vijfde plaats stond.
De sprong naar de toppositie is mede te danken aan een wijziging in de meetmethode, tekent Volberda aan. ‘We hebben extra gelet op enablers die werken voor klanten die hoog scoren op digitale transformatie als ING en Bol.com. Hun oordeel hebben wij dit jaar zwaarder laten wegen.’ De lijst van enablers wint daardoor aan relevantie, maar de uitkomsten zijn minder goed vergelijkbaar met vorig jaar.
Op de tweede plaats staat dit jaar als new kid on the block T-Mobile. ‘Deze telecommer scoort wel minder hoog op de verschillende facetten dan KPN, maar is nog steeds goed voor een tweede plaats’, aldus Volberda.
De dienstverlener in online betalingsverkeer iDeal staat op de derde plaats. Softwareleverancier AFAS is ten opzichte van vorig jaar een plaatsje gezakt. Microsoft staat nu op de vijfde plaats, afkomstig van plaats 19. ‘Ik vond het vorig jaar al verbazingwekkend dat Microsoft niet in de top 10 stond. De onderneming scoort goed op het aspect expertise.’
Het cyberbeveiligingsbedrijf McAffee is een plaatsje gestegen naar zes, gevolgd door een bonte stoet cloud- en hostingproviders. Hostnet komt van een 43e plaats vorig jaar en stuift door naar plaats zeven.
Recruiter en detacheerder Modis Nederland, sinds oktober vorig jaar opererend onder de naam Akkodis, is een nieuwkomer op de achtste plaats. Exact bereikt een mooie negende plek, komend van 17. Fox-IT, vooral bekend van cybersecurity, staat nu op nummer 10.
Volberda constateert dat waar vorig jaar twee opleiders de top 10 van Enablers aanvoerden, deze dit jaar vooral wordt gedomineerd door leveranciers van finance- en ERP-software en security-specialisten.
En waardoor scoort een recruiter en detacheerder als Akkodis zo goed? ‘Vooral doordat deze dienstverlener zoveel bijdraagt aan de impact en het resultaat van zijn klanten. De detacheerder werd vooral genoemd door opdrachtgevers die al vrij ver zijn in hun digitale transformatie. Dat heeft het bedrijf flink geholpen.’
Top 5 enablers van digitale transformatie | |
---|---|
1 | KPN |
2 | T-Mobile |
3 | iDEAL |
4 | AFAS Software |
5 | Microsoft |
Platforms en het gevecht om klantdata
Platforms zijn de trend onder de koplopers in de DX300. Ondernemingen die zich tot platformorganisatie willen omvormen, lopen tegen belangrijke vraagstukken aan. Moet ik concurrenten toelaten op mijn platform of moet ik hun de toegang juist ontzeggen? Willen zij überhaupt wel toeleverancier zijn van de platformorganisatie van een concurrent?
Platformen bedienen markten en in die markten vinden bedrijven de brandstof waar het allemaal om draait: data over eindgebruikers.
Een voorbeeld van een organisatie die worstelt met de platformvraag is onze kwakkelende nationale trots Philips. De leverancier van medische apparaten heeft een platform gebouwd waarop ziekenhuizen geleverde scanners kunnen aansluiten, vertelt hoogleraar Volberda. ‘Philips kijkt over de schouder van een ziekenhuisorganisatie mee naar de inrichting van de processtromen binnen de zorgsector. Ook branchegenoten Siemens en General Electric zouden op het Philips-platform kunnen aansluiten. Maar willen zij dat?’
Want geven deze bedrijven daarmee niet de waardevolste grondstof van het moment – klantdata – uit handen?
‘Je ziet bijvoorbeeld ook ondernemingen in de FMCG-sector hiermee worstelen’, stelt Volberda. Brouwer Heineken heeft in Mexico een keten van gemakswinkels opgezet, alleen maar om de felbegeerde klantdata zelf te kunnen oogsten. In Nederland zitten daar de grote retailers als supermarktketens Albert Heijn en Jumbo tussen. Heineken heeft dus geen directe toegang tot eindklanten en probeert via online platforms als Beerwulf het contact met de eindconsument te versterken.
‘Klantdata zijn de brandstof waarop de platformeconomie draait’, aldus Volberda. ‘Wie daar niet de vinger achter krijgt, heeft een probleem. De heilige graal in digitale transformatie is de datagedreven organisatie, het platform dat wordt gestuurd door klantdata.’
Zorgen om achterblijvers
Volberda maakt zich zorgen over de sectoren die opzichtig terugvallen in de race naar digitale transformatie. ‘Neem de automotive industrie, die gemiddeld op plaats 125 staat, waar financiële instellingen gemiddeld een 40ste plaats halen. Ook overheidssectoren scoren slecht. Gemeenten en provincies staan gemiddeld op plaats 100.’
Verder ebt de impuls die de digitalisering van het onderwijs kreeg tijdens de coronacrisis volgens Volberda nu weg. ‘Elke cursus aan een topuniversiteit als Harvard kun je downloaden en online volgen. In Nederland zien wij een massale terugkeer naar offline onderwijs.’