ceo: Darren Huston
Booking.com is Hollands glorie op internet. Het bedrijf dat in de jaren negentig werd opgericht op de campus van de Universiteit Twente, heeft het afgelopen decennium een spectaculaire groei doorgemaakt. Het is nu een van de grootste hotelsites ter wereld en heeft 100 kantoren over de hele wereld. In 2005 nam het Amerikaanse Priceline Booking over. Binnen Priceline is Booking nog een zelfstandig bedrijf, met zijn hoofdkantoor in Amsterdam. Drie vragen aan Anoeska van Leeuwen, director corporate communications:
Waar liggen op dit moment de grootste kansen voor groei?
‘Ondanks dat Booking.com de grootste accommodatieboekingsite ter wereld is, staat de markt voor online reserveringen nog maar aan het begin van zijn ontwikkeling. We verwachten groei in de hele wereld. De Verenigde Staten is een van de grootste reismarkten ter wereld, en daarom hebben we daar sinds het begin dit jaar een extra marketingpush gedaan door middel van de lancering onze eerste traditionele TV-reclamecampagne ooit.’
Hoe internationaal is Booking.com nu?
‘Booking.com is van oorsprong Nederlands en heeft zijn hoofdkantoor in hartje Amsterdam. Inmiddels hebben we honderd kantoren over de hele wereld omdat we sterk geloven in lokale teams die fungeren als aanspreekpunt voor onze lokale business partners. Inmiddels werken er zo'n honderd nationaliteiten bij ons, en met deze internationale workforce richten we ons op alle continenten, inclusief Azië.’
Hoe belangrijk zijn de mobiele apps en hoe zorgt het bedrijf dat het de ontwikkelingen bijhoudt?
‘We zien dat mensen over de hele wereld steeds vaker naast hun desktop ook zoeken en boeken via mobiele apparaten zoals tablets en smartphones. Daarom hebben we het afgelopen jaar ook een mobiele site en verschillende apps gelanceerd voor Apple, Android en Windows 8. Het voordeel van een online bedrijf is dat we live-informatie hebben en zo dus goed kunnen inspringen op technologische ontwikkelingen en veranderende consumentenbehoeften. Zodra er een significante vraag ontstaat naar nieuwe toepassingen, investeren we daarin zoals we dat ook met mobiel gedaan hebben.’