Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Jeroen Lugte (Op Orde): “Herkennen ondermijning is eerste én belangrijkste stap

Laatst bijgewerkt: 26-12-2023 22:48:05

Persbericht -

Lugte is een voormalige publiek bestuurder en een van de oprichters van Op Orde. Dat ontwikkelt software voor onder meer gemeenten, milieudiensten, waterschappen en verbonden uitvoeringsorganisaties, voornamelijk ter verbetering van de communicatie tussen binnen- en buitendienst.

Alle investeringen in beveiligingssystemen en andere technologieën ten spijt, in de bestrijding van ondermijning blijft de mens de zwakste schakel. “Hoe kunnen we daar juist onze grootste kracht van maken?”, vraagt Jeroen Lugte zich af.

Dat begint volgens hem met bewustwording, van jezelf én van de denkwijze van ‘de ander’. Andere deskundigen delen de mening van Lugte. “Niet interessant genoeg?! Dat bepaal jij niet, dat bepaalt een crimineel zelf wel”, schrijft Hans Slaman, specialist in risicomanagement, in een recente blog. Hij verbaast zich over de blinde vlek voor wat hij noemt ‘de malafide medemens’. Slaman wijst daarom op het verdienmodel van ondermijnende criminaliteit, dat gebouwd is op ‘het winnen en afdwingen van vertrouwen’. “Ervaring leert dat onderbuikgevoel een uitstekende tipgever kan zijn”, benadrukt hij dan ook. “Als je een aanbieding krijgt die eigenlijk te mooi is om waar te zijn, moet je alert zijn.”

Vertrouw op je onderbuikgevoel

Ook Jeroen Lugte hamert op het belang van het vertrouwen op je eigen intuïtie, zeker aangezien je vaak maar één keer – de eerste keer – nee kunt zeggen. Daarvoor waarschuwt Gaby de Ruiter eveneens. De Ruiter is themaspecialist ondermijning bij het Platform Veilig Ondernemen Nederland (PVO). “Als je er eenmaal in zit, is het heel moeilijk om er weer uit te komen”, stelt zij. Bij radioprogramma ‘Vroeg!’, op NPO Radio 1, schetste De Ruiter een veelvoorkomend scenario: namens een ict-bedrijf klopt een man in driedelig pak aan om je leegstaande schuur te huren, maar later blijken drugscriminelen hun intrek te hebben genomen. “En als de criminelen eenmaal in je loods zitten, zorg dan maar eens dat ze weggaan.”

Maalstroom van ondermijning

Zulke verhalen komen Jeroen Lugte in de praktijk regelmatig ter ore. Hij was in het verleden onder meer algemeen directeur Stadstoezicht bij een van de G4-gemeenten en tegenwoordig adviseert hij diverse gemeenten bij hun inzet in het handhavingsdomein. In die hoedanigheid staat hij in nauw contact met ambtenaren die op dagelijkse basis tegen ondermijning optreden, maar ook met ondernemers die erin verzeild dreigen te raken.

“Bij allerhande signalen moeten alle alarmbellen gaan rinkelen, zoals huurders die enkel contant willen betalen of niet de juiste papieren kunnen of willen overleggen”, beklemtoont Lugte. “Alles om criminelen buiten de deur te houden.” Hoe vaak het hen dan toch lukt om een voet tussen de deur te krijgen, toont volgens Lugte alleen maar aan voor wat voor een moeilijke opgave de welwillende burger staat.

“Toch blijft het herkennen van ondermijningssignalen dé manier om de mens in de bestrijding van ondermijning om te buigen van de zwakste schakel in het grootste wapen, zelfs als het voor de betrokken ondernemer te laat is om te voorkomen dat hij of zij in de criminaliteit verzeild raakt”, stelt Jeroen Lugte. “Als het bij de buren plotseling een komen en gaan is van dure auto’s op ongebruikelijke tijdstippen, de gevel vol hangt met beveiligingscamera’s, schichtige figuren over de vloer komen of een rare geur rondhangt, maak de optelsom en meld het, bij gemeente of politie, al dan niet anoniem.”

Moeilijk te herkennen signalen simuleren

“Als iedereen zijn of haar ogen en oren openhoudt, zetten we samen een heel belangrijke stap om te voorkomen dat er meer eerlijke ondernemers worden meegezogen in de maalstroom die ondermijning heet”, meent Jeroen Lugte. Helaas blijkt ondermijning voor velen in de praktijk moeilijk te herkennen, zelfs voor de professionals.

“Ik heb regelmatig het gevoel, hier klopt iets niet, maar dan weet ik niet precies wat”, tekende het AD eerder dit jaar bijvoorbeeld op uit de mond van een WMO-consulente van een Noord-Brabantse woningcorporatie. Zij bezocht met collega’s een doodnormaal Roosendaals rijtjeshuis, waarin de politie 22 signalen van ondermijning had nagebootst. Van een overdaad aan flessen gootsteenontstopper om ghb mee te maken en een anijsgeur die typisch is voor xtc, tot een Louis Vuitton-tas in de kast, een opvallend dure Mercedes op de oprit en een vuurwapen onder een knuffelbeer.

“Gemeenten en politie proberen op deze wijze meer mensen bloot te stellen aan signalen van ondermijning, die lang niet altijd zo duidelijk zijn als de clichés doen vermoeden”, legt Jeroen Lugte uit. Even begrijpelijk als veelzeggend is immers de reactie van de WMO-consulente op het aantreffen van enkele stempels, waarmee logo’s op xtc-pillen worden gedrukt: “Dat heb ik nooit geweten, ik ben wel eens bij mensen thuis geweest waar ik ze heb zien liggen, maar ik dacht dat het een soort ornamenten waren.”

Escape rooms

In Dordrecht en Pijnacker-Nootdorp vonden vergelijkbare initiatieven plaats. Daar nodigden politie en gemeenten burgers en eigen medewerkers uit in escaperooms die op het herkennen van ondermijning waren ingericht, de ene op een boot in de Dordtse jachthaven en de andere in een waardetransportauto bij het gemeentehuis in Pijnacker. Hier leerden zij om signalen van ondermijning te herkennen en foute keuzes te vermijden. Dat deden zij door onder tijdsdruk puzzels op te lossen, onder meer met betrekking tot mensenhandel en drugs- en geldtransporten. In Pijnacker-Nootdorp hadden aanwezigen zelfs de mogelijkheid om via een VR-bril een uitbuitingssituatie te ervaren.

Goed begin is het halve werk

Zulke blootstelling aan nagebootste ondermijning is een goed begin. “Let op dit soort dingen: pik ze op, ga af op je gevoel”, drukte de politiecoördinator zijn toehoorders bij het Roosendaalse rijtjeshuis op het hart. “Je hoeft het niet zeker te weten, maar meld wat je ziet.”

“Het volgende vlak waarop nog flinke stappen moeten worden gezet, is dat van verslaglegging en opvolging van zulke meldingen”, aldus Jeroen Lugte. Hij citeert De Jeugd van Tegenwoordig, uit een nummer dat ironisch genoeg over cocaïne gaat: “Een goed begin is het halve werk, maar een goed begin is maar de helft.”