Persbericht - Het Amerikaanse spreekwoord “Failing to plan is planning to fail” kun je toepassen op een hoop zaken. Een goed plan kan je immers helpen in het werken naar een bepaald doel. Bijvoorbeeld als het gaat om beleggen. Hieronder lees alles wat je moet weten over een beleggingsplan, zoals de inhoud. Ook wordt er een voorbeeldsituatie geschetst.
Een plan maken voor je beleggingen geeft aan dat je serieus nadenkt over je financiële keuzes. Hoe simpel dit plan ook mag zijn. Er is echter al lange tijd sprake van een zeer lage spaarrente, en dit zorgt ervoor dat veel spaarders nu gaan kijken naar de mogelijkheden die beleggen biedt. Ben jij zo iemand, dan is het wel zaak heel goed te overwegen of je echt wel wil gaan beleggen. Beleggen of laten beleggen is namelijk niet iets dat je doet voor de korte termijn.
Wil je echt gaan beleggen, dan kun je in je persoonlijke beleggingsplan de volgende zaken vastleggen: je beleggingsdoel, je tijdspad, hoeveel rendement je wil maken maar ook hoeveel je mag verliezen en of je actief of passief wil beleggen. Daarnaast kies je ook een bepaalde aanpak (technische analyse, fundamentele analyse of een combinatie van beide), hoeveel tijd je kwijt wil zijn aan beleggen, en de beleggingsinstrumenten die je wil gebruiken. Tot slot is het ook goed om na te denken over hoe vaak en hoe je wil evalueren hoe het gaat. Hieronder vind je een voorbeeld van een beleggingsplan
Iedereen heeft een eigen persoonlijke situatie. Maar om een voorbeeld te geven van hoe een beleggingsplan er in de praktijk uitziet, beschrijven we hier dat van Jeroen. Jeroen is ondernemer, 41 jaar, en heeft een gezin (vrouw en twee kinderen). Als ondernemer voert hij regelmatig opdrachten uit voor zakelijke relaties waar hij een lange historie mee heeft, waardoor hij ook relatief regelmatige inkomsten heeft. Hij heeft 45.000 euro spaargeld op de bank staan. Momenteel vult hij dat maandelijks met 600 euro per maand aan. In plaats van alleen te sparen, wil hij ook gaan beleggen. Hij denkt erover na om 200 euro per maand te blijven sparen, en 400 euro per maand in beleggingen te steken. Na overleg met zijn vrouw besluit hij 20.000 euro van het spaargeld te beleggen, het resterende bedrag zal op de spaarrekening blijven staan.
Beleggingsdoel en tijdspad
Het beleggingsdoel van Jeroen is te zorgen voor een aanvulling op zijn pensioen. Bij vorige werkgevers heeft hij wel wat aanvullend pensioen gespaard bij een pensioenfonds, maar dat zal geen vetpot zijn. Daarom wil hij graag een extra privépensioenpot opbouwen, die na zijn pensioendatum langzaam opgebruikt mag worden. Hij heeft hier dus nog ongeveer 25 jaar de tijd voor.
Mogelijk risico en gewenst rendement
Jeroen werkt zoals gezegd als ondernemer en kan zichzelf maandelijks een goed bedrag uitkeren. Hij houdt er niet van teveel risico te nemen. Bij beleggen kun je uit drie profielen kiezen: defensief, neutraal en offensief. Hij schaalt zichzelf in als neutraal. Verder begrijpt hij goed dat het risico dat hij loopt door te beleggen door spreiding afneemt. Daarom wil hij grotendeels beleggen in ETF’s met wereldwijde aandelen en obligaties, met een verhouding tussen aandelen en obligaties van 60/40. Dit zorgt voor hem voor een overzichtelijke portefeuille met voldoende spreiding.
Jeroen streeft naar een rendement van ongeveer 4 tot 6 procent per jaar. Hoeveel hij kan verliezen? Het liefst natuurlijk helemaal niets, maar hij snapt dat risico en rendement allebei bij beleggen horen. Hij heeft een realistische rendementswens. Daarom hoeft hij niet heel erg veel risico te nemen. Ook is er sprake van een lange beleggingshorizon, ook dat helpt bij het verlagen van het risico. Naarmate hij ouder wordt, heeft hij zich overigens voorgenomen langzaamaan verhoudingsgewijs meer te kiezen voor (staats)obligaties.
Ga je actief of passief beleggen?
Jeroen maakt veel uren voor zijn onderneming en heeft daarnaast een druk sociaal leven. Omdat hij niet veel vrije tijd heeft spreekt passief beleggen hem het meest aan. Maar omdat hij toch ook graag wil gaan beleggen in een paar specifieke trends en bedrijven, besluit hij te kiezen voor een verhouding van 80/20. Zijn inleg wil hij daarom voor 80 procent passief beleggen en 20 procent actief.
Driekwart van het direct beschikbare vermogen – 15.000 euro – zal geleidelijk belegd worden in goed gespreide ETF’s de komende maanden. Het resterende bedrag van 5.000 euro is direct beschikbaar voor de individuele keuzes. Dit gedeelte hoeft echter niet direct de eerste tijd belegd te worden, aangezien Jeroen hier eerst goed onderzoek naar wil doen.
De maandelijkse inleg van 400 euro zal geïnvesteerd worden in obligatie- en aandelen ETF’s. Jeroen laat dit doen via een periodieke order bij Binck Fundcoach, aangezien hiervoor geen transactiekosten in rekening worden gebracht.
Hoe pak je het beleggen aan?
Jeroen wil bij voorkeur beleggen na een fundamentele analyse. Hij start daarom met het maken van een lijstje van de best presterende ETF’s in vergelijking met de benchmark (MSCI world). Hij kiest daaruit de beste uit naar zijn maatstaven. Voor het gedeelte met de obligaties kiest hij vrijwel dezelfde aanpak. Hierin neemt hij echter ook een aantal wereldwijd opererende obligatiebeleggingsfondsen mee. Ook bij de individuele titels belegt hij het liefst na een fundamentele analyse. Hij kijkt hierbij bijvoorbeeld naar de winst, de ontwikkeling van de omzet, en naar de markt met concurrenten. Jeroen wil alleen beleggen in bedrijven waarvan hij begrijpt welke producten of diensten geleverd worden. Zelf is hij werkzaam in de technologiebranche, en hieraan geeft hij de voorkeur voor beleggen. Van deze branche weet hij immers meer dan van bijvoorbeeld verzekeren.
Pas als hij eenmaal besloten heeft in welke bedrijven hij wil beleggen, gaat hij naar de grafieken kijken. Eerst bepaalt Jeroen dus in de basis wat hij wil kopen, en vervolgens bepaalt hij naar aanleiding van een visuele technische analyse wanneer hij dit zal gaan doen.
Beleggingsinstrumenten kiezen
Een beleggingsplan zoals dat hierboven beschreven is, kost Jeroen relatief weinig tijd. Vooraf moet hij wat huiswerk doen, maar er hoeft nog maar weinig bijgestuurd te worden na het maken van een aantal keuzes. Van de gehele portefeuille is het grootste gedeelte passief belegd. Daarbij hoeft hij alleen maar periodiek te kijken naar de gewenste balans van de verhouding tussen aandelen en obligaties, bijvoorbeeld een keer per jaar. Aan het actief belegde gedeelte van de portefeuille met individuele keuzes zal wel iets meer aandacht besteed moeten worden. Omdat hij belegt voor een lange termijn hoeft hij er de markt niet dagelijks voor in de gaten te houden.
De beleggingsinstrumenten die Jeroen zal gebruiken zijn eigenlijk voor de hand liggend, namelijk aandelen, beleggingsfondsen en ETF’s. Aangezien hij niet veel tijd te besteden heeft aan zijn beleggingen geeft hij er niet de voorkeur aan te gaan werken met hefboominstrumenten. Als hij later meer tijd en ervaring heeft, wil hij hier nog wel eens verder naar kijken.
De evaluatie van je beleggingen
Jeroen wil leren van de door hem gemaakte keuzes bij het beleggen om er succesvoller in te worden. Mensen leren vaak het meest van hun fouten. Daarom zal hij eenmaal per jaar zijn acties evalueren. Hij vraagt zich bij de evaluatie af wat er goed ging en wat de reden hiervan was. Maar hij zal ook kijken naar wat er fout ging en hoe dat kwam. Hij zal bedenken wat hij moet doen om dezelfde fout in de toekomst te voorkomen.
Het grootste gedeelte van de portefeuille van Jeroen volgt ‘de markt’. Daarom zal hij vooral kritisch kijken naar het actief beheerde gedeelte. Hoe hebben die aandelen gepresteerd ten opzichte van de markt? Was er mogelijk teveel (concentratie)risico genomen? En is wel op tijd verlies genomen?
Een evaluatie helpt je om beter inzicht te krijgen in hoe het beleggen gaat tot nu toe. Je onderzoekt wat geld oplevert, en wat niet. Weet je dat, dan ligt de oplossing voor de hand. Dat is namelijk doorgaan met winstgevende zaken en stoppen met verliesgevende zaken.
Wil je ergens goed in worden en blijven, dan moet je constant blijven bijleren. Dat geldt ook voor beleggen. Dit is namelijk iets waarmee je je hele leven bezig kunt zijn, terwijl je aan het einde nog steeds niet alles weet. Sleutelwoord bij beleggen is daarom reflectie. Stel jezelf daarom regelmatig de vraag of je nog op koers ligt met je oorspronkelijke beleggingsdoel. Een beleggingsplan biedt hierbij houvast.
Beleggen kent risico’s. Je inleg kan minder waard worden.