Dit eerder verschenen artikel is geactualiseerd en opnieuw gepubliceerd. Dit aangezien de Eerste Kamer begin februari definitief instemde met de opvolger van de VAR, de voorbeeldovereenkomsten.
Op 1 mei 2017 is de VAR verdwenen. Het plan om die te vervangen door de BGL (Beschikking geen loonheffingen) is afgeschoten. De nieuwe afspraken tussen zzp’er en werkgevers worden gemaakt op basis van voorbeeldovereenkomsten.
Van de overeenkomsten heeft de Belastingdienst een aantal voorbeelden gepubliceerd voor – specifieke – situaties. Deze contracten zijn een soort invulopdrachten; in de contracten zijn gaten gelaten. In zo’n gat moet bijvoorbeeld de omschrijving van de opdracht worden ingevuld. Eerder beoordeelde overeenkomsten worden door de fiscus gepubliceerd, zodat anderen deze ook kunnen gebruiken. Wat er precies moet worden aangevuld verschilt per voorbeeld.
Zelf contracten opstellen
Ook kan een onderneming zelf verbintenissen opstellen. Om zeker te zijn dat deze voldoen, mogen deze aan de Belastingdienst worden voorgelegd. De opdrachtgever heeft hierbij meerdere pogingen. In andere woorden: als de Belastingdienst na contract 1 zegt: “dit is gewoon een medewerker”, dan kan de werkgever een nieuwe overeenkomst opsturen.
Hoe de Belastingdienst de contracten gaat beoordelen is niet bekend gemaakt. Maar uit een brief van staatssecretaris Wiebes kan wel een idee worden gehaald. Belangrijkste vraag is: is de zzp’er een verkapt medewerker? Om hier antwoord op te geven zijn er een aantal vragen die beantwoord worden:
Mate van zelfstandigheid
- Mag de zzp’er zelf bepalen welke werktijden hij hanteert?
- Wordt actief leiding gegeven bij het uitvoeren van deze taken door de opdrachtgever?
- Mag de opdrachtnemer de taak aan een ander doorschuiven?
Zekerheid
- Wordt er doorbetaald bij ziekte?
- Zijn er betaalde vakantiedagen?
- Is de opdrachtgever verantwoordelijk voor de schade die de werknemer kan maken?
Bij deze vragen geldt dat het totaalplaatje van belang is, net zoals dat bij de VAR het geval was. Een losse vraag is dus niet doorslaggevend.
Overgangsregeling
Dit jaar blijft de VAR in dezelfde vorm bestaan. Op één uitzondering na: een verklaring over 2014 of 2015, kan ook in 2016 gebruikt worden, als het werk hetzelfde blijft.
Nieuwe zelfstandigen of zzp’ers met een nieuwe opdracht kunnen kiezen. Werken volgens het oude model en dus de VAR of met de overeenkomsten die de toekomst zijn.
De overgangsregeling is nodig omdat de VAR eigenlijk per 2016 werd afgeschaft. Dat is niet gebeurd, om te zorgen dat de overheid meer voorbeeldovereenkomsten heeft beoordeeld en gepubliceerd. Ook wil de staatssecretaris dat er voor meer mensen duidelijk is hoe de nieuwe situatie eruitziet.
Wat doet de VAR?
Met de VAR werd duidelijk of mensen in dienst zijn als externen of medewerkers. Voor ondernemingen van belang om vooraf zeker te weten hoeveel geld je kwijt bent aan een medewerker en welke rechten deze heeft. Als zzp’er is dat van belang om zeker te zijn dat je bij de belastingaangifte niet ineens een enorme klap met geld moet overmaken aan de fiscus.