We zijn getuige van een digitale revolutie. De wereld verandert steeds sneller en wordt steeds platter. In deze snel veranderende wereld moet elk bedrijf, groot of klein, tegelijkertijd maximaal inzetten op groei, en dus standaardisatie, als ook op innovatie, en dus wendbaar blijven.
Wie daar niet in mee wil gaan, is over een paar jaar waarschijnlijk ‘out of business’. Hoe doe je die twee dingen tegelijkertijd? 7 must-do’s:
1. Twee handen
Om tegelijkertijd te groeien en te innoveren, heb je een ambidextrous organisatie nodig: een bedrijf dat met zijn linkerhand processen optimaliseert, standardiseert en zich focust op lange termijn groeidoelen en met zijn rechterhand veel ruimte geeft voor vernieuwing, creativiteit en innovatie om snel te manoeuvreren in een dynamische wereld.
Dat betekent dat je in je bedrijf een cultuur van duidelijke processen nodig hebt in combinatie met een een startup-cultuur van een informeel netwerk. Deze 2 structuren moeten naast elkaar bestaan en goed met elkaar communiceren. Organiseer bijvoorbeeld 1x per maand een meetup tussen (een selectie) van beide teams om met elkaar de voortgang van hun doelstellingen uit te wisselen.
2. Neuzen dezelfde kant op
Omdat markten zo snel veranderen, kun je niet precies weten wat jouw bedrijf over een paar jaar doet of hoe je de dingen dan doet. Maar wat je wel kunt weten, is waarom je het doet. Of, zoals Simon Sinek zegt: wat is ‘The Why’ van jouw bedrijf. Waar geloof je in? Waar sta je voor? Dat is de droom waarin je je gehele team moet meenemen, zowel de vernieuwers als ook diegene die de processen optimaliseren. Die droom is de stip aan de horizon en zorgt ervoor dat alle neuzen dezelfde kant op staan.
3. Spreek het hart aan, niet het hoofd
Om een flexibele en wendbare organisatie te hebben, heb je mensen nodig die snel willen veranderen en zelf ook voortdurend op zoek zijn naar die verandering. En daar extra hard voor willen gaan lopen. Niet omdat ze daar meer voor betaald krijgen maar omdat ze het willen doen. Omdat ze intrinsiek gemotiveerd zijn om dat te doen. Er een passie voor hebben. Dat is geen rationele keuze maar een keuze van het hart. Dat hart moet jij aanspreken.
4. Stel een divers team samen
Diversiteit in je team is essentieel voor de groei van je bedrijf omdat diversiteit tot innovatie leidt en innovatie tot succes. Diversiteit in disciplines, opleidingen, perspectieven, ervaringen, culturen, geslacht, en leeftijd stimuleert namelijk de creativiteit. Onderzoek heeft dan ook aangetoond dat een team met een hoge mate van diversiteit problemen beter kunnen oplossen dan gewoon slimme teams.
5. Open innovatie
In de 20ste eeuw innoveerden bedrijven vooral door middel van gesloten innovatie waarbij alleen gebruik werd gemaakt van interne bronnen, vaak een R&D afdeling. Maar als je in je innovatieprocessen de samenwerking zoekt met toeleveranciers, klanten, kennisinstellingen en partners, dan heb je toegang tot veel meer kennis en externe middelen (bijv. andere technologieën).
Tegelijkertijd maak je daardoor meteen je eigen innovaties beschikbaar voor andere organisaties. En door je klanten te betrekken in je innovatieprocessen creëer je ook meer klantloyaliteit en word je aantrekkelijker voor nieuwe klanten. Open innovatie zorgt voor lagere kosten, snellere ontwikkelingen, betere innovaties en een sneller go-to-market proces.
6. Lange termijn
Om de groei van je bestaande business vast te houden en verder te laten groeien, stel je een meerjarendoel (3 – 5 jaar vooruit). Probeer je doelen zo meetbaar mogelijk te maken. En dat doel vertaal je naar een jaardoel en een kwartaaldoel. Aan het begin van elke week zet je je nieuwe weekdoelen die binnen je kwartaaldoelen passen. Elke week, elk kwartaal en elk jaar analyseer je of je de gezette doelen hebt bereikt en hoe je moet bijsturen om je doelen uiteindelijk te bereiken.
7. Scrum nieuwe projecten
Met de scrum-methode werkt een klein multidisciplinair team efficiënt en doelgericht aan een project. Dit is een goede methode voor nieuwe projecten. Aan de hand van een prioriteitenlijst wordt een project opgedeeld in kleine stukjes (‘sprints’) die tussen de 2 tot 4 weken duren. Om tijdens de sprints de vaart in het project te houden, check je dagelijks met het gehele scrum-team of het project de goede kant opgaat.
Een korte meeting die het liefst staand plaatsvindt waarin de volgende vragen worden beantwoord: Wat hebben we gisteren gedaan om ons doel te bereiken? Hoe kunnen we beter en sneller werken? En wat staat dat in de weg? Aan het einde van elke sprint kan het scrum-team bij hun klanten checken of het product waaraan ze werken voldoet aan de verwachtingen.
