Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Innovatieve bedrijfscultuur leidt tot verdubbeling groei

Organisaties met een innovatieve bedrijfscultuur waar nieuwe ideeën worden omarmd maken dubbel zo veel kans op groei in de dubbele cijfers. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van de London Business School in samenwerking met Microsoft. De belangrijkste boodschap: onderlinge cultuur is minstens even belangrijk als bijvoorbeeld de nieuwste technologie.

Microsoft

‘Uiteindelijk gaat het niet enkel om de beste technologie, het gaat om hoe teams zich aanpassen aan verandering en zich openstellen voor het leren van nieuwe vaardigheden en het gebruiken van nieuwe tools,’ aldus Corporate Vice President van Microsoft West-Europa Vahé Torossian in zijn voorwoord van het onderzoeksrapport. Het is een opvallend bevinding van een organisatie die groot is geworden met, en het nog steeds moet hebben van technologische ontwikkeling.

Verandering is het nieuwe normaal

Verandering is het toverwoord. Of eigenlijk: als organisatie daarin mee durven gaan. Wil je competitief blijven, en in de toekomst al helemaal, zal je moeten openstaan voor continue aanpassingen. Dat het niet gaat om een project met een begin- en einddatum is wat het extra uitdagend maakt, vertelt organisatiepsycholoog Julien Lambertin tijdens de presentatie van het rapport. Hij is een van de onderzoekers van de onlangs gepubliceerde studie.

Voor het onderzoek werden negenduizend leidinggevenden en medewerkers uit heel Europa ondervraagd. Liefst 92 procent van het management gaf aan dat hun organisatie recentelijk een grote transformatie heeft ondergaan. Lambertin spreekt van een tijdperk van ‘meedogenloze transformatie’. ‘Daarbij: wat binnen een bedrijf vereist precies verandering? Dat uitvinden is vaak een uitdaging op zich.’

Win tegelijkertijd the war on talent

Vooral bij de manier waarop wordt gewerkt valt dus veel winst te behalen, zo blijkt uit het onderzoek. Een innovatieve bedrijfscultuur lijkt garant te staan voor groei. Namelijk: hoe beter je mensen in staat zijn hun werk te kunnen uitvoeren op de manier die bij hen past, hoe beter de uitkomst daarvan zal zijn, aldus de organisatiepsycholoog.

Hij benadrukt het belang van autonomie voor medewerkers: ‘Geef teams de vrijheid en tools om flexibel te kunnen werken en ondersteun ze in het najagen van nieuwe ideeën.’ Dat draagt niet alleen bij aan mogelijke concurrerende vooruitgang, het zorgt er ook voor jong talent minder snel verder gaat kijken – op zoek naar een uitdagender organisatie waar ze wel hun ei kwijt kunnen.

Daarnaast wordt binnen een succesvolle innovatieve bedrijfscultuur meer aangemoedigd om samen te werken, ook buiten de organisatie zelf.

Gevecht tegen afleiding

Een ander groot punt van aandacht, aldus Lambertin: ondersteun je medewerkers in het gevecht tegen afleiding. ‘We werken te midden van een gigantische information overload. Dat blijkt ook uit de cijfers: 52 procent van onze tijd wordt op inefficiënte wijze gebruik van gemaakt. Onder meer door onderbrekingen door bijvoorbeeld telefoontjes, e-mails en collega’s, maar ook door onnodige meetings en het zoeken naar informatie die veel makkelijker toegankelijk zou moeten zijn.’ Omgekeerd blijken de mensen die geregeld in een flow-toestand werken drie keer zo gelukkig te zijn als mensen die vanwege de vele vormen van afleiding moeite hebben met het opgaan in hun werk.

Wekelijks de nieuwsbrief van Werk en Leven ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Er bestaat helaas geen magische truc om een eind te maken aan die information overload, vervolgt Lambertin. ‘Maar wat je als manager wel kunt doen is mensen aanmoedigen er beter mee om te gaan. Wordt de drukte even teveel? Laat ruimte bestaan voor mensen om een pauze in te lassen.’

Ga echter niet micro-managen, waarschuwt de psycholoog: de grap zit ‘m er juist in dat je mensen laat werken op de manier waarop zij willen werken. ‘De succesvolle business leaders van de toekomst richten zich niet meer op productiviteit, maar ondersteunen hun mensen, zodat die op hun beurt kunnen bijdragen aan innovatie.’