Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Hoe Wasteless ervoor zorgt dat je vaker producten met een kortere houdbaarheid koopt

Met dynamische prijskaartjes kun je tonnen weggegooid voedsel voorkomen, en tegelijkertijd supermarkten winstgevender maken, is het uitgangspunt van de Israëlisch-Nederlandse Startup van de Week Wasteless. De oprichters verkochten hun bierdata-startup eerder voor 80 miljoen dollar aan AB Inbev.

Wat is Wasteless?

Wasteless zorgt voor dynamische prijzen in supermarkten, die consumenten met korting kunnen belonen voor het kopen van producten met een kortere houdbaarheid. De startup sluit supermarkten en hun leveranciers aan op een cloud-platform, zodat precies duidelijk is welke producten er de supermarkt in en uit gaan en wat de houdbaarheidsdatum is van producten in een bepaald schap.

Een elektronisch display schotelt kopers per schap twee prijzen voor: eentje met de reguliere prijs en een ander met korting voor producten waar de houdbaarheidsdatum van in zicht komt.

Een van de grootste uitdagingen voor supermarkten is om precies genoeg – niet te veel, niet te weinig – producten in schappen te hebben liggen. Klanten pakken het liefst producten met een kortere ten minste houdbaar tot-datum, waardoor veel oudere producten moeten worden weggegooid. “De kosten hiervan zijn het dubbele van de winst”, zegt David Kat (foto tweede links), bij Wasteless verantwoordelijk voor de business development.

Wasteless maakt gebruik van een barcode waar veel meer details inpassen dan alleen het soort product – tot en met de plek in de stal waar een koe stond. Die herleidbaarheid bestaat al lang, zeg Kat, “maar er was nog geen use case voor supermarkten”. Vanwege meer behoefte aan transparantie is die use case er nu wel, denkt de startup. Wasteless belooft supermarkten “een substantiële verhoging” van de winst, omdat ze minder hoeven weg te ooien.

Wie zitten erachter?

Wasteless werd in 2016 bedacht door Israëliërs Oded Omer (foto link), Yossi Regev (foto rechts) en Ben Biron. Die hadden niet lang daarvoor hun startup WeissBeerger voor 80 miljoen dollar verkocht aan biergigant AB Inbev. WeissBeerger levert Internet of Things-analytics voor biertaps, waarmee horeca-ondernemers en brouwerijen de supply chain kunnen monitoren.

Die big data en IoT-kennis wilden de drie inzetten om voedselverspilling tegen te gaan, met dynamische prijzen als unique selling point. Om de dienst in Europa te kunnen uitrollen, namen ze eind 2017 contact op met David Kat, een Nederlandse ondernemer die zij al kenden uit de Israëlische hightech-scene. Kat haalde eerder talloze Israëlische bedrijven, waaronder Mobileye, naar Europa. Begin vorig jaar kwam Ralph de Vries (foto tweede rechts), een Nederlandse ondernemer die eerder een vleeswarenbedrijf Canter runde (en verkocht), aan boord als commercieel directeur.

Wasteless heeft nu een team van achttien mensen, verdeeld over het hoofdkantoor in Nederland, een groepje developers in Israël en nog wat business developers in de VS, Italië en Londen.

Wie zitten erop te wachten?

Supermarkten. Maar ook voor producenten kan Wasteless een interessante leverancier van data worden. De startup weet immers precies wat er wordt verkocht, en met de houdbaarheidsdatum aan toe. Kennis waarmee leveranciers hun supply chain efficiënter kunnen maken. Supermarkten wijzen producten met een kortere houdbaarheid nu af, legt Kat uit. Producenten kunnen met behulp van Wasteless bewijzen dat producten met een kortere houdbaarheid wel degelijk worden verkocht.

Groeien in de supermarktwereld vereist een lange adem, zegt Kat. “Je moet vertrouwen wekken en het moet helemaal kloppen. Het zijn geoliede machines met specifieke vragen.” Ook een onlinesupermarkt als Picnic is wat hem betreft desgevraagd een potentiële klant, want “onze intelligentie is breed inzetbaar”.

Hoe ver is Wasteless?

Wasteless sloot deze week Marqt aan als eerste Nederlandse klant. In Italië draait het systeem in een vestiging van supermarktketen Iper, waar de omzet van kipproducten volgens Kat dankzij Wasteless met 25 procent groeide. Die Italiaanse keten overweegt nu een uitbreiding naar al zijn 220 winkels. In de spreekwoordelijke pijplijn zitten (wordt gesproken met) nog eens vijftig retailers in Europa, de VS en Canada. Na Marqt verwacht de startup dit jaar nog een of twee Nederlandse supermarkten aan te kondigen als klant.

De startup ziet Nederland als ideale springplank naar de rest van de wereld. zegt Kat. “Het is een competitief landschap, met veel supermarkten die elkaar beconcurreren en scherp houden. Innovatie is hier heel belangrijk, en klanten zijn hier gevoelig voor kortingen. We willen hier een nieuwe standaard neerzetten. Het mooiste is als je een supermarkt kan helpen om met positieve impact ook winstgevend te worden.”

Wat is het businessmodel?

Wasteless is een SaaS-dienst, oftewel een softwareplatform waar supermarkten een maandelijks bedrag voor aftikken, gebaseerd op het aantal winkels. De startup integreert zijn cloud-platform eerst bij één of twee locaties, waarna het een kwestie is van snel opschalen naar de overige winkels.

Volgens Kat levert het systeem een ROI van 300 procent en 400 procent van de maandelijkse kosten. De startup kan nog niet bewijzen dat supermarkten de dienst jarenlang zullen blijven gebruiken. Maar, zegt Kat, “we weten dat als we resultaten kunnen bieden, dat we voor langere tijd binnen zullen blijven.”

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Nog geld nodig?

Wasteless haalde vorig jaar een seed-ronde van 2 miljoen euro op bij het Nederlandse Slingshot Ventures, een fonds waarmee vijftig ondernemers investeren (eerder ook in VanMoof, Boldking en Wonderkind). De volgende stap is een Series A-ronde, mogelijk voor het einde van dit jaar. De timing en het bedrag hangen deels af van hoe goed de dienst aanslaat in de VS.

Het groeigeld is vooral bedoeld om te groeien qua team. “We hebben een ranking met vijfhonderd supermarkten in Europa, dat is onze target list. In die talen zullen we mensen aannemen, zodat je bijvoorbeeld in Duitsland klanten niet te woord hoeft te staan in Rudy Carrell-Duits”, knipoogt Kat.