Geen producten in de winkelwagen.
Wie dacht dat alle hippe techondernemers in de San Francisco Bay area in Silicon Valley bivakkeren, heeft het mis. Sterker nog, dit startupwalhalla is weinig populair onder jonge ondernemers. Silicon Valley, dat zich uitstrekt over de zuidkant van de baai, is niets meer dan een verzameling kantoorpanden. Veel twintigers zitten daarom liever in het centrum van de oude hippiestad; daar waar de cafés, bioscopen en koffiebarretjes zijn.
Een van hen is Pieter Doevendans, een 27-jarige Nederlandse ondernemer die vastberaden is het te maken in Californië. In plaats van een kantoorpand in San Mateo op Palo Alto te betrekken, huisvest Doevendans met zijn startup aan de hoofdstraat van San Francisco, Market Street.
Hier, op nummer 1355, vinden we innovatiehub Runway, waar het wemelt van de jonge startups, die allen hun eigen hoekje in de grote zaal huren. Ze ontwikkelen er slimme apps, games of zelfs – hip in de VS dezer dagen – marihuanaproducten. Alles is mogelijk, zolang je er maar voor gaat en je kansen pakt.
Ava
Doven kunnen op de app lezen wat er gezegd wordt
En dat doet Doevendans. Hij werkt sinds 2013 keihard aan Ava, een app voor doven en slechthorenden. Wanneer een gebruiker tegen diens smartphone of tablet praat, zet Ava de gesproken woorden automatisch om in tekst. Zo kunnen doven zonder gebarentaal een conversatie voeren met een niet-dove, is het idee. De app werkt zowel voor gesprekken tussen twee mensen als groepsconversaties.
“We verbinden apparaten met elkaar, zoals smartphones, tablets, laptops en alles wat een microfoon draagt”, legt Doevendans uit, zittend in een kleine vergaderzaal in Runway. “Daarna nemen we alle audio op van gesprekken en vertalen het naar tekst. Door het lezen van transcripten in real-time kunnen hoven en slechthorenden zien wie er spreekt en wat er gezegd wordt.”
Studeren
Ik was echt geïntrigeerd door de pitch van Thibault Duchemin
De goedlachse Nederlander kwam in 2013 naar San Francisco om er te studeren aan de prestigieuze Berkeley-universiteit. Hier ontmoette hij de Franse Thibault Duchemin, van wie de ouders en zus doof zijn. Beiden deden mee aan een cursus sociaal ondernemerschap en Duchemin vertelde in een pitch vertelde over zijn familiesituatie.
“Hij stelde dat hij technologie wilde gebruiken om sommige communicatiebarrières voor hen omver te werpen”, herinnert Doevendans. “Ik was echt geïntrigeerd door zijn pitch en verhaal en had zoiets van: ‘Wow, ik zou dit graag willen doen’.”
De twee begonnen te werken aan een vertaalapp. In de San Franncisco Bay Area moet je groot denken, dus Duchemin noemde zich al snel ceo. Doevendans nam het coo-stokje op zich. De ondernemers sloten zich vervolgens aan bij een accelerator. Hun eerste groeigeld bedroeg 15.000 dollar, in ruil voor het ze een belang weg moesten geven van 6 procent.
Een hoog aandeel voor een zeer laag bedrag, realiseert Doevendans zich nu. “Als je het kijkt naar hoeveel geld je tijdens latere kapitaalrondes ophaalt, dan geef je in het prille begin heel veel vermogen weg voor je groeigeld. Maar we kwamen toen nog maar net van school, van de universiteit en we hadden niets. Voor ons was het dus heel belangrijk om een beetje kapitaal te hebben.”
Crowdfunding
Na onze crowdfundingactie konden we tegen investeerders zeggen: mensen betalen hiervoor
Maar goed, in een stad waarin de gemiddelde developer een Nederlands ministersalaris opstrijkt, is 15.000 dollar natuurlijk niet veel. De ondernemers zochten daarom in 2014 hun heil in een crowdfundcampagne via platform Indiegogo. Er was flink wat animo voor de app, merkten de twee al snel; via pre-sales wisten ze 43.000 dollar op te halen.
Weten wat de animo is, bleek uiteindelijk echter meer waard dan die 43.000 dollars, legt Duivendans uit: “Het gaf ons de mogelijkheid om tegen onze investeerders te zeggen: de mensen zijn klaar om ervoor te betalen, want we hebben zoveel geld opgehaald puur op basis van pre-sales. Dat was dus echt een goed bewijs.”
1,85 miljoen
Het Grote Geld kwam pas een jaar later binnen; in 2015. Door een eerste echte investering te ontvangen, waren de ondernemers opeens 1,85 miljoen dollar rijker. Het kostte hen zo’n 6 maanden om al het geld bijeen te sprokkelen, herinnert Doevendans. Eerst moesten ze de juiste contacten zien te krijgen. Toen ze die hadden, gingen ze VC’s af, maar telkens kregen ze nul op het rekest. Investeerders vonden het risico nog te hoog, of meenden dat de heren nog niet ver genoeg waren.
Waar het om draait is: kun jij de hot girl in the room worden?
“Maar wanneer je eenmaal weet hoe het werkt, is het niet zo moeilijk meer”, weet Doevendans. “Je moet je voet tussen de deur krijgen en met genoeg partijen een gesprek aanknopen, zodat voldoende mensen met jou een connectie maken. Waar het om draait is: kun jij de hot girl in the room worden? Kun jij jezelf in zo’n positie krijgen dat mensen over jou praten als die hete startup waar iedereen in wil investeren?”
“Toen we daar achter waren, hadden we binnen drie weken een volle agenda met afspraken. Uiteindelijk hebben we tegen veel opties ‘nee’ moeten zeggen. Deze interesse ontstond simpelweg doordat ze (die VC’s, red.) allemaal naar elkaar keken en zeiden: hey, this is an interesting one.”
Hoge kosten
Wil je een kantoor in San Francisco, dan moet je er flink voor betalen
Ondanks al dat groeigeld, zit Doevendans nog steeds met een klein clubje in een kantoorruimte die hij met tientallen andere startups deelt. “De kosten liggen hier erg hoog”, verklaart Doevendans. “Als je een kantoor in San Francisco voor jezelf wil, zul je er flink voor moeten betalen.” De plek waar hij nu bivakkeert, spreekt hem aan omdat je gemakkelijk in contact komt met andere startups en oprichters. “Je kunt elkaar gemakkelijk vragen stellen en elkaar helpen, wat een van de grootste voordelen is aan een co-working space als deze.”
Het kost wat in San Francisco, maar dan heb je ook wat. Je zit als startup in het hart van waar het allemaal gebeurt op ondernemersgebied. Niet alleen qua financieringsopties, maar ook als het gaat om het opdoen van inspiratie. Doevendans vertelt dat hij een fervent lezer is van startupliteratuur, zoals het boek The Lean Startup. “De mensen die dat soort boeken schrijven, lopen zelf ook rond in Silicon Valley. Zij hebben series succesvolle bedrijven op hun conto staan en kunnen je mentors worden, je adviseurs of zelfs je investeerders.”
Cultuur van herinvesteren
Grote bedrijven investeren nieuwe bedrijven uit Silicon Valley
Doevendans noemt het een cultuur van herinvesteren. “Stel dat je een startup hebt die over wordt genomen door Facebook of Google, grote bedrijven met veel kapitaal. Zij investeren dan weer in Silicon Valley en zijn bedrijven, waardoor ze angel investors worden. Er is dus een continue cirkel van teruggeven, die extreem gunstig is voor jonge startups en ondernemers.”
Toch heeft dat ecosysteem ook zijn nadelen voor startende ondernemers, leerde Doevendans. “Als wij mensen proberen aan te nemen, moeten we het opnemen tegen Google, Facebook en al die grote bedrijven. Zij bieden salarissen die twee tot drie keer zo hoog liggen als wat wij developers kunnen bieden.” Dit gegeven, in combinatie met de torenhoge huurprijzen – de gemiddelde maandhuur voor een appartement in San Francisco is 3.400 dollar – vindt Doevendans een valide reden voor ondernemers om juist niet voor Silicon Valley te kiezen.
Goede voorbereiding
Ondernemerstips
Voor deze reeks werkt Sprout samen met het Nederlandse Consulaat in San Francisco. Overweeg je als Nederlandse ondernemer naar Silicon Valley te gaan, lees dan hier meer over de do’s en don’ts.
Voor deze reeks werkt Sprout samen met het Nederlandse Consulaat in San Francisco. Overweeg je als Nederlandse ondernemer naar Silicon Valley te gaan, lees dan hier meer over de do’s en don’ts.
Wie toch de gok wil wagen, moet zich goed voorbereiden. “Je moet een duidelijk idee hebben van hoe je je bedrijf in Silicon Valley van de grond wil krijgen”, zegt Doevendans. Heb je dit niet, dan wordt het heel moeilijk om geld op te halen in de Valley, stelt Doevendans: “Ze geven je doorgaans niet zomaar een zak met geld, met het idee dat je daarna naar Nederland terug kunt gaan om het te spenderen. Zo werkt het niet.”
Doevendans spreekt inmiddels liever Engels dan Nederlands, maar of hij het nou wil of niet: hij blijft uiteindelijk een man uit de Lage Landen. Met een antropologische blik kijkt hij daarom dikwijls naar Silicon Valley en omstreken: wat zijn de verschillen hier in zakendoen? “Als Nederlandse ondernemers vergeten we nog weleens om dingen wat groter te maken dan ze zijn”, merkt Doevendans op.
In Silicon Valley moet je je echter opdringen aan anderen. “Fake it till you make it. Die mindset gaat hier echt op, want als ik geld wil ophalen van VC’s, moet ik het volgende miljardenbedrijf kunnen zijn. De volgende Facebook of WhatsApp.”
“Die mindset missen de Nederlanders nog weleens. Zij bieden vaak geweldige producten en innovaties, maar zijn zo realistisch erover. Ze nemen kleine stappen en denken te klein. Daarom zeg ik: denk groot. Die gedachte zal je helpen om hier geld op te halen.”
