Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De bouwsector kan de vraag niet bijbenen door een tekort aan arbeidskrachten

Oorlog, inflatie, tekorten: wat staat de bedrijven met de beste reputatie uit de MT500 te wachten? De koplopers uit de bouw groeien voorlopig nog door, maar krijgen last van hogere bouwkosten en een nijpend personeelstekort.

Bouwsector MT500

mt500 bouw bedrijven reputatieUit de MT500, het jaarlijkse reputatie-onderzoek van MT/Sprout, blijkt dat de reputatie van de grootste bedrijven van Nederland nauwelijks is aangetast door corona. Maar inmiddels is de wereld verzeild geraakt in een oorlog, die samen met alle tekorten aan mensen en materialen de inflatie opjaagt. In een korte serie blikken we vooruit op wat de branches uit de MT500 in deze roerige economische omgeving te wachten staat.

Bouwwereld in de MT500

Deze keer: de bouwwereld, die met de aannemers en hun toeleveranciers goed vertegenwoordigd zijn in de MT500. Het MT500-onderzoek naar de meest gewaardeerde bedrijven van Nederland is onlangs gepubliceerd, op basis van de meningen die duizenden beslissers in het voorjaar van 2022 hebben gegeven. Rusland was toen Oekraïne nog niet binnengevallen, al liepen de energieprijzen daar (achteraf bezien) wel op vooruit. Ook waren de krappe arbeidsmarkt en de logistieke strubbelingen goed voelbaar voor de toppers uit de bouwsector.

Naar de resultaten van het MT500-onderzoek

Stand van de bouw

De hamvraag: hoe ontwikkelen de vooruitzichten zich de komende periode? Vorige week gaven de economen van ABN Amro daar in hun rapport Stand van de Bouw antwoord op, even daarvoor waren het hun collega’s bij ING die met een outlook kwamen.

Zullen we maar met het goede nieuws beginnen? De Nederlandse bouwsector is het jaar goed begonnen, in een economie die op dat moment nog stevig groeide. Zoals bekend is er inmiddels een afkoeling gaande, waardoor over heel 2022 de groei zal uitkomen rond de 3 procent, en in 2023 wordt rekening gehouden met hooguit de helft daarvan. Toch groeit de bouw in 2022 en in 2023, met marges die nog nauwelijks onder druk staan.

Lees ook: ‘Maak purpose concreet, dat helpt je reputatie’

Op termijn krijgt de bouw vooral last van twee zaken waarmee veel ondernemingen in Nederland te kampen hebben: hogere kosten door duurdere materialen en energie, en een tekort aan goede krachten.

Hout en aluminium uit Rusland en Oekraïne

Wat de materiaalkosten betreft: die vormen het meest urgente probleem in 2022, samen met de gestegen prijzen voor brandstoffen, die vooral doorwerken in de energie-intensieve productie van beton, cement en baksteen. In het eerste kwartaal lagen de bouwkosten daardoor al 15 procent boven die in 2021. Het grootst zijn de prijsstijgingen voor hout en metaal.

Dat is nog steeds deels een gevolg van de logistieke chaos tijdens de coronacrisis, maar ook te wijten aan de oorlog in Oekraïne: een deel van dergelijke materialen komt normaliter uit Rusland of Oekraïne. Zes procent van het hout dat Nederland importeert komt uit een van beide landen. Oekraïne heeft grote aluminiumfabrieken die door de oorlog zijn stil komen te staan.

Uitstel van projecten

De bouwers slagen er nog steeds in hun hogere kosten door te belasten aan hun afnemers, waardoor de marges overeind blijven. Op de wat langere termijn krijgen de hogere bouwkosten ook effect op de hoeveelheid werk voor de aannemers. Die zijn gedwongen de kosten door te berekenen in hun prijzen, wat de bouwprojecten duurder maakt. Dat maakt hun opdrachtgevers – investeerders, ontwikkelaars, overheden, woningcorporaties en particulieren – kopschuw. Uitstel van projecten ligt daardoor op de loer.

Naar het MT500-onderzoek

De economen van ABN Amro zien daarvoor al bewijs in de cijfers rond de afgegeven bouwvergunningen. In april 2022 ligt het aantal verstrekte vergunningen al 28 procent onder dat van vorig jaar. Voor koopwoningen was het in het eerste kwartaal zelfs 30 procent minder. Met een stijgende rente zal het aantal verkooptransacties de komende tijd ook verder zakken.

Het vertrouwen van consumenten in de woningmarkt is inmiddels ook gedaald. Lichtpuntje zijn de huurwoningen. Daarvoor werden in het eerste kwartaal juist 10 procent meer vergunningen afgegeven. En nog iets: de bouw profiteert van de hoge energiekosten doordat het de vraag naar isolerende maatregelen voor gebouwen zoals (hybride) warmtepompen, zonnepanelen en isolatie stimuleert.

Kantoren zijn terug

Bij de utiliteitsbouw (onder meer kantoren, bedrijfsgebouwen en winkels) steeg het aantal afgegeven vergunningen, maar daalt het niveau van de investeringen: de projecten worden gemiddeld kleiner. Vooral verbouwingen van bestaande bedrijfshallen en logistiek vastgoed zijn populair. Er blijft door de groei van het online winkelen veel vraag naar distributiecentra en onderkomens voor stadslogistiek.

De ‘fysieke’ winkels houden het zwaar. De investeringen krompen met 9,5 procent, en bij veel verbouwingen krijgen de panden een andere functie. In kantoren stijgen de investeringen wel weer, met 10 procent vergeleken met vorig jaar. Dat is nog lang niet voldoende om de coronakrimp goed te maken, maar ook de bouwwereld gaat dus weer vaker richting kantoor.

Zeer krappe arbeidsmarkt

Dan het personeel. Het UWV bracht vorige week al dramatische cijfers uit over de krapte op de arbeidsmarkt: de graadmeter voor krapte op de arbeidsmarkt van de uitkeringsinstantie UWV ging in het eerste kwartaal voor het eerst over de grens van een ‘zeer krappe’ arbeidsmarkt heen. In een jaar tijd is het aantal vacatures met 80 procent toegenomen en het aantal WW-uitkeringen met een verstreken uitkeringsduur van zes maanden of korter met 41 procent afgenomen.

Er is nauwelijks meer een beroep meer te vinden waarin het aantal vacatures groter is dan het aantal beschikbare arbeidskrachten. Relevante uitzonderingen voor de bouw: de beroepsgroepen die het UWV omschrijft als ‘hulpkrachten bouw en industrie’ en schilders. Maar over het algemeen is de bouw de sector met de meeste moeilijk vervulbare vacatures.

Intussen blijft het aantal banen in de bouw stijgen: er staan 26.000 vacatures open, op een totaal van 349.000 werknemers in loondienst. In fte’s uitgedrukt zijn het er 319.000. Daarnaast zijn nog circa 175.000 zelfstandigen actief op en rond de bouwplaats. Door het tekort aan krachten kunnen veel bedrijven de vraag niet bijbenen.

De ondernemers in de bouw zijn zelfs overwegend positief over hun omzet, afzetprijzen en personeelssterkte. Maar ze voorzien wel vaker belemmeringen in productiemiddelen, materiaal en ruimte. In het eerste kwartaal van dit jaar worstelde nog 12 procent ermee, een kwartaal later was dat al opgelopen tot 23 procent. Bij architecten en ingenieurs lijkt het tekort aan personeel een grote bron van kopzorgen: maar liefst de helft geeft aan hierin een belemmering te zien.

Omzetgroei vlakt af

De meeste branches binnen de bouw zien de omzet in 2022 groeien, en wel met een hoger percentage dan het gemiddelde over de afgelopen tien jaar. De houtindustrie en de bouwgroothandels plussen zelfs meer dan 15 procent vergeleken met dezelfde maand van 2021, mede dankzij de gestegen prijzen. Maar ook de installatiebedrijven (plus 8,3 procent) en afwerkingsbedrijven (plus 11,1)  stonden er goed voor. De groei vlakt wel af, waarschuwt ABN Amro, met uitzondering van de ingenieurs, bouwgroothandel en sloopbedrijven.

De omzet in de architectenbranche is al aan het dalen. En dat is geen gunstig voorteken. ‘Deze branche ligt vooraan in de bouwketen en kan een indicatie geven over de ontwikkeling van nieuwe opdrachten.’ De daling in opdrachten is onder andere het gevolg van de stijgende bouwkosten, hogere financieringsrentes en de belemmeringen in aanvoer van bouwproducten.

Robots tegen personeelstekort

Tegen de hogere prijzen is weinig te doen, al zal de inflatie in 2023 wel lager zijn dan op dit moment. Maar het tekort aan werknemers is een structureel probleem. Een deel van de oplossing schuilt ook in de bouwsector in automatisering en robotisering.

In dat laatste wordt al stevig geïnvesteerd, becijferde ABN Amro in februari al: tot 2030 steekt de bouwsector ruim 300 miljoen euro in bouwrobots. Naar verwachting groeit het aantal inspectiedrones, slooprobots, 3D-betonprinters, autonoom rijdende graafmachines en andere hightech bouwhulpjes jaarlijks met gemiddeld ruim 14 procent.

Opmerkelijk: uit het rapport komt naar voren dat Nederland zo’n zeven jaar achterloop op de rest van Europa met de robotisering van de bouw. Landen als Zwitserland, Duitsland en Denemarken, waar prefab bouwen al lang populair is, lopen juist voor.

Om te profiteren van de kansen die robots brengen, moeten volgens het rapport wel enkele knelpunten worden opgelost: ruimere wetgeving, beter onderwijs en meer financiering zouden helpen. Misschien nog wel uitdagender is de cultuurverandering die de bouwers moeten aangaan, op weg naar meer transparantie en samenwerking met de nieuwe partners uit de wereld van hightech en software.

Naar de resultaten van het MT500-onderzoek

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dit zijn de bedrijven in de bouw met de beste reputatie, volgens zakelijke beslissers:

Aannemers en installatiebedrijven
1 Koninklijke BAM Groep
2 Heijmans
3 Van Wijnen
4 VolkerWessels
5 Dura Vermeer
6 TBI
7 Strukton
8 Ballast Nedam
9 A. Hak
10 ASVB
11 Feenstra
12 ProRail
13 Breman Installatiegroep
14 Van Gelder Groep

 

Toeleverancier of dienstverlener voor de bouw
1 Boon Edam
2 Altrad Services
3 Saint-Gobain
4 Rockwool
5 De Hoop Terneuzen
6 Koninklijke Mosa
7 Bostik (vh den Braven Group)
8 Trespa
9 Plieger
10 BMN Bouwmaterialen (vh CRH)
11 Coen Hagedoorn Bouwgroep
12 PontMeyer
13 Bilfinger Industrial Services
14 Wavin
15 Hunter Douglas

Naar de resultaten van het MT500-onderzoek